DesireeGro.reismee.nl

Un viaje para recordar!!!

Queridos todos,

Ondertussen ben ik weer twee weken terug in Nederland en is mijn buitenland avontuur helaas voorbij. Maar om het plaatje compleet te maken, wil ik jullie graag nog vertellen over mijn laatste weken in Zuid-Amerika. En zoals jullie vast gemerkt hebben de afgelopen maanden, vind ik het zelf ook leuk om te schrijven, dus voor mezelf ook geen straf om ‘alles’ nog eens te beschrijven!

Smile


Na mijn korte, maar geslaagde verblijf in Brazilië, was het tijd om Argentinië nog wat verder te ontdekken. In Nederland had ik al wat vluchten geregeld, dus vloog ik van Foz do Iguazu, met wat tussenstops, naar Córdoba in het centrum van Argentinië. Eigenlijk heb ik geen idee waarom ik er destijds voor heb gekozen om hier op te vliegen, maar het kwam uiteindelijk wel goed uit. Eén van de meiden die ik in Viña del Mar in Chili, in het hostel had leren kennen (waarmee ik ook het dagje Valparaíso heb gedaan), Cata woont namelijk in Córdoba. Het kwam zo ter sprake dat zij daar dus woont en dat ik daar later op mijn reis nog naartoe zou gaan. Cata zei toen; ‘Maar dan mag je wel bij mij verblijven!’. Ik was blij verrast dat iemand zo snel haar huis openstelt. Maar zij vond het juist leuk om mij te ontvangen. Toch leuk hoe dingen soms kunnen lopen. De eerste nacht in Córdoba verbleef ik nog in een hostel, omdat Cata nog bij haar ouders, buiten de stad was. Maar dat kwam ook weer goed uit, want zo leerde ik weer wat andere mensen kennen, waarmee ik later nog wat dingen mee heb ondernomen, terwijl Cata aan het studeren was. Ook heb ik nog een Walking Tour vanuit het hostel gedaan, waarmee ik een kennismaking kreeg van het historische gedeelte van de stad. De jongen van de receptie bleek een ware stadsgids en we hebben zelfs de regen getrotseerd om alles te bekijken. Zelf had ik al op eigen gelegenheid rondgelopen in Nieuw Córdoba (andere gedeelte van de stad). En daar bleek ook het (grote) appartement van Cata te zijn.

Eerlijk gezegd vond ik Córdoba toeristisch gezien niet heel erg interessant. Wel zijn er veel uitgaansgelegenheden, want het is één van de grootste studentensteden van Argentinië. Hier zijn dan ook de oudste universiteiten van het land gevestigd en de kwaliteit van het onderwijs staat hoog aangeschreven. Maar het was een leuke stad om een paar dagen te verblijven, gewoon fijn in huiselijke sfeer (ook goed om alweer een beetje te wennen aan Nederland), en het weer liet ook niet altijd toe om erop uit te trekken. Dus we hebben gezellig gekletst, boodschappen gedaan, gekookt en gegeten met vrienden van Cata. En zelfs nog schoongemaakt (natuurlijk wel met fijne Zuid-Amerikaanse muziek op de achtergrond!) en rustig aan gedaan. Voor de grap zei Cata: Je neemt een vakantie van je reis

Wink

Op een dag dat hetlekker weer was, ben ik met Michael uit de USA, die ik had leren kennen in het hostel, naar een plaatsje op een uur van Córdoba gegaan; Alta Gracia. Daar hebben we de Jezuïeten Estancia (boerenbedrijf van Jezuïeten) bezocht en zijn we in de middag naar het Che Guavara House geweest, het huis waar Che Guavara tijdens zijn jeugdjaren heeft gewoond, en wat nu is ingericht als museum over zijn leven. Vooral dit laatste was erg interessant om te zien en om in rond te lopen! Voor de rest hebben we nog lekker van het zonnetje genoten en gemerkt dat in kleine plaatsen restaurants om 15.00 sluiten voor een aantal uur. Ben je er dus aan gewend geraakt om laat te lunchen, kun je alleen in een klein winkeltje terecht voor een broodje. Ach ja, een beetje improviseren is ook niet erg (en toch weer goedkoper dan uitgebreid te gaan lunchen

Laughing
).

’s Avonds voor de verandering weer eens zelf gekookt, ook om Cata te bedanken voor haar gastvrijheid. Maar ze was zo druk met leren bij vrienden (zelfs tot ver na middernacht), dat uitgebreid eten er niet in zat. Maar het was voor haar geen probleem als ik het appartement gebruikte om te koken of mensen uit te nodigen, alsof het mijn eigen appartement was. Mi casa es su casa, zei Cata en zo voelde het ook wel aan, maar een beetje gek was het wel. Maarrrr voordat ik teveel aan die luxe zou gaan wennen, was het weer tijd om op pad te gaan, meer back te basic. Want ik was tenslotte nog wel een backpacker (oké, wel een luxe versie daarvan, haha)

Maar zo back-to-basic werd het trouwens nog steeds niet. Door de hostels, die ik telkens via Hostelworld boekte (vaak aan de hand van beoordelingen van andere reizigers), kwam ik vaak in goede, schone - en als het meezat - ook nog gezellige hostels terecht. Deze keer in Mendoza, waar ik samen met Michael naartoe was gereisd, met de nachtbus vanaf Córdoba (rit van 12 uur). En nu, aan het einde van mijn reis, begon ik eindelijk te wennen aan die nachtritten en lukte het me ook aardig om wat te slapen en dus niet super gaar aan te komen op de plaats van bestemming.

De wijnkenners onder jullie (of wijndrinkers

Wink
) zullen vast bekend zijn met de naam Mendoza. En dan niet zozeer de stad Mendoza, maar wel de provincie met de gelijknamige naam. Die levert ongeveer 80 (!!) procent van de totale wijnproductie van Argentinië. Daar heb ik later nog een stukje van ontdekt. Maar we hebben eerst nog genoten van een gezellige en lekkere asaldo (Argentijnse BBQ) (al eerder gehad in een hostel in Chili, dus leuk om ook de Argentijnse versie mee te maken). Het was eerst aftasten en ik had gemerkt, dat ik zo aan het einde van mijn reis en ook na verblijf bij bekenden en locals, minder behoefte had om te ‘socializen’. Maar samen eten is toch een goede manier om contact te leggen en uiteindelijk nog leuke mensen leren kennen.

De volgende dag hebben we een wandeling gemaakt door natuurgebied, op weg naar een berg waar we vanaf gingen abseilen. Het was maar een kleine berg (of misschien kan ik het beter een rots noemen), dus helaas dat het abseilen maar heel kort was (binnen 2 minuten was je beneden). De uitleg en het omdoen van alle veiligheidsspullen kostte meer tijd. Het was leuk geweest als het wat langer duurde en het ook wat meer uitdaging gaf! De dag erop ook lekker buiten geweest, want toen was het tijd om het wijngebied te ontdekken. Samen met Michael en Phill (een jongen die we in het hostel hadden leren kennen) heb ik een fiets gehuurd bij ‘Mister Hugo’ in Maipu een plaatsje dat 10 km van de stad Mendoza ligt. En hebben we een Bike & Wine tour gedaan (al eerder in Chili, maar nu op eigen gelegenheid). Je krijgt een routekaartje mee en kan zelf bepalen waar je stopt en hoe lang. Dus lekker gefietst, toen wat gegeten, weer even wat fietsen, toen een proeverij bij een wijngaard en dan weer verder fietsen en voor de afwisseling naar een olijvengaard voor een rondleiding en proeverij! Een leuke middag en ’s avonds nog gezellig uit eten geweest (zonder een wijntje erbij overigens, haha).

Daarna was het tijd om weer terug te reizen naar Córdoba, dit als overbrugging, zodat de reis naar mijn laatste stop Buenos Aires niet al te lang zou zijn (vanaf Córdoba was dat ook 12 uur, en dat was ondertussen goed te doen). Dus nu echt afscheid van Cata. Vond het nog steeds bijzonder dat ze haar huis had opengesteld voor mij. Terwijl we elkaar eigenlijk maar kort kenden. Maar op reis gaat dat allemaal wat sneller en ook leuk als je elkaar op een later moment nog ontmoet. Dat was ook het geval in Buenos Aires. Daar ben ik de eerste avond uit eten geweest met Tanja, die ik ook weer kende uit het hostel in Viña del Mar. Zij wist een goed restaurant in Palermo, de uitgaanswijk van Buenos Aires. En dat het een goed en populair restaurant was bleek wel uit het aantal mensen dat stonden te wachten voor een plaatsje. De wachttijd was 45 minuten. Dat gaf ons mooi de tijd om even rond te lopen in de wijk. Dit restaurant stond bekend om goede steaks, maar de volgende dag zou ik ook uit eten gaan bij een goed steakrestaurant (hoort er natuurlijk wel een beetje bij in Argentinië – steak eten), dat ik nu voor iets anders ging.

Ik had trouwens eerder die avond ook iets anders typisch Argentijns gedaan. Het hostel organiseerde namelijk een mate-tasting. Mate is een sterke kruidenthee, gemaakt van matebladeren. Je ziet het mensen overal in Argentinië drinken (tijdens het autorijden, tijdens het werk, Cata nam het zelfs mee naar het strand) alleen, maar vaak ook in gezelschap. Het is een manier om elkaar te ontmoeten en elkaar verhalen te vertellen. Ik had het dus al eerder gezien, maar was nog niet bekend met de regels, die blijkbaar erg nauw tellen (want een goede mate, die krijg je niet zomaar); één persoon, de cebador is verantwoordelijk. Hij of zij schept de juist hoeveelheid yerba (de mateblaadjes zoals die worden verkocht) in de beker (mate). Schudt de beker en zorgt dat de kruiden schuin in de beker zitten. Vervolgens giet hij er water op dat nèt niet kookt. Maar aan één kant. Een kant van de kruiden blijft dus droog. De eerste keer drinkt de cebador de thee zelf op, om te kijken of de smaak goed is. Daarna gaat de beker rond, steeds via de cebador, in de richting van de klok. Je kunt telkens drinken, totdat er geen water meer in de beker zit. Dit drink je trouwens via een bombilla, een metalen rietje. Als je genoeg hebt gehad, weiger je door ‘gracias’ te zeggen. Leuk om nu dus de achtergrond te weten. Het is trouwens wel opvallend dat het drinken en delen van mate de enige Indiaanse traditie is die de kolonisatie heeft overleefd. Voor de rest zijn de mensen in Argentinië vooral trots op hun Europese wortels.

Nu ik al meer kennis had gemaakt met de eet- en drinkgewoontes van Argentinië en Buenos Aires, was het toch ook tijd om de stad verder te ontdekken. Dat heb ik twee dagen gedaan door middel van fietstours. De ene dag heb ik een tour door het zuidelijke gedeelte van de stad gedaan. Onder andere door de wijk La Boca, dat aan een kleine haven ligt, met el Caminito (klein voetpad of smal straatje in het Spaans), die bekend staat om zijn gekleurde huisjes. Rond 1900 kwamen hier tienduizenden immigranten per jaar aan, vooral uit Italië en Spanje, in de hoop op een beter bestaan. Ze bouwden hun eigen huizen van het materiaal dat voorhanden was – scheepsschroot- dat ze in alle kleuren van de regenboog schilderden met restjes scheepsverf. In deze wijk is ook de tango ontstaan. Een beetje commercieel is het wel geworden, met veel restaurants, demonstraties van tangoparen of het op de foto gaan met één van de dansers (uiteraard betaal je daar dan wel voor) en er staan ook van die ‘foute’ borden van geschilderde tangoparen waar het hoofd van ontbreekt, en waar je zelf hoofd in kan steken. Een andere leuke stop was bij de Costanera Sur, een promenade aan de waterkant en met een natuurgebied aan de overkant. Hier hebben we een broodje choripán gegeten; een broodje met Argentijnse chorizo en saus. Dat ging er goed in, na al fietsend wat kilometers gemaakt te hebben!

De andere dag stond het noordelijke gedeelte van de stad op het programma, waar we onder andere de wijk Recoleta aandeden. Daar een heerlijk ijsje met dulce de leche gegeten(ook weer iets typisch Argentijns, of Zuid-Amerikaans moet ik eigenlijk zeggen. Mensen smeren het vooral op hun brood. En bij de hostels die ontbijt aanboden stond het dan ook bijna standaard op tafel). Recoleta staat vooral ook bekend om Cementerio de la Recoleta, waar Evita Perón ligt begraven in het familiegraf. Evita was de tweede echtgenoot van de Argentijnse president Juan Perón. Ze had veel macht en invloed op het regeringsbeleid en ze was vooral populair onder de armere bevolking en de arbeidersklasse, waar ze veel voor deed. Maar bij de rijkere bevolking daarentegen was ze helemaal niet geliefd. Dit wordt ook goed uitgebeeld op een kantoorgebouw aan de Avenida 9 de Julio. Daar is aan beide kanten een grote afbeelding van Evita te zien. Aan de noordelijke kant (het gebied waar de rijkere mensen wonen) zie je een Evita die het volk streng toespreekt met een microfoon. Aan de andere, zuidelijke kant zie je Evita met een roos en een zachte uitstraling op haar gezicht!

Een interessante stad, Buenos Aires en goed om per fiets te ontdekken! Je ziet toch net iets meer dan wanneer je dat lopend zou zien. Daarnaast waren de gidsen ook erg leuk en grappig! En het was heerlijk fietsweer, dus ik had me weer goed vermaakt

Cool
De rest van de dagen nog uit eten geweest, met Helen uit Noorwegen, die ikin Mendoza had leren kennen. En met Sharon, een Nederlands meisje en drie jongens uit Brazilië nog wat meer van de stad gezien (o.a. het mooie theater Colon, de zondagsmarkt in de wijk San Telmo en de prachtige boekenwinkel El Ateneo, die gevestigd is in een oud theater). Mijn laatste dag in Buenos Aires / Argentinië /en ja ook in Zuid-Amerika
Undecided
ben ik op excursie gedaan naar Tigre, een stad buiten Buenos Aires die zich op eilandjes bevindt, omdat het omgeven is door smalle riviertjes. En op die riviertjes hebben we een boottocht gemaakt. De uitleg die werd gegeven, heb ik langs me heen laten gaan (toch moeilijk te verstaan met het geluid van de motor) en ik heb nog eens extra genoten van de laatste Zuid-Amerikaanse zonnestralen. Even een momentje voor en van mezelf, voordat het echt Adios Zuid-Amerika was. Ik was blij en tevreden dat ik de laatste dagen van mijn reis zo had doorgebracht!

En toen was ik opeens weer thuis …… en was het toch wel wennen. Ik ben nog steeds bezig met acclimatiseren (gek eigenlijk om dat in je eigen vertrouwde omgeving te doen) en het zal nog even duren voordat ik weer ‘geland’ ben. Ik was er al voor gewaarschuwd. Dus als jullie me zien en ik ben wat afwezig, weet dan dat ik in gedachten nog een beetje in Zuid-Amerika ben…., maar dat ik het leuk vind om jullie te zien!

Ik wil mijn blog afsluiten, met iets wat ik al eerder op Facebook had gezet en wat goed weergeeft, hoe ik mijn reis heb ervaren;

"Today the last full day of my trip in South America. And what a trip it was!! I laughed, wondered, learned, danced, flirted, was impressed, sometimes cried or was frustrated, had good conversations. Enjoyed beautiful landscapes, cultures, food & drinks and not to forget the company of people. Muchas gracias for everyone who was part of it!"

En de vertaling

Wink
“Vandaag de laatste volledige dag van mijn reis in Zuid-Amerika. En wat een reis was het!! Ik heb gelachen, me verwonderd, geleerd, gedanst, geflirt, was onder de indruk. Soms heb ik gehuild of was ik gefrustreerd, had goede gesprekken. Ik heb genoten van mooie landschappen, culturen, eten en drinken, de uitdagende (natuur)activiteiten (aanvulling) en niet te vergeten het gezelschap van mensen. Iedereen heel erg bedankt die er deel van heeft uitgemaakt!”

En jullie, degenen die me hier op mijn blog hebben gevolgd, die de tijd hebben genomen om mijn lange (en ja ook deze keer is het niet gelukt kort van stof te zijn, haha) verhalen te lezen, reacties hebben gegeven (tijdens de leuke en soms minder leuke momenten van mijn reis) en zo een beetje met mij zijn meegereisd, hebben er dus ook deel van uitgemaakt. Dankjullie wel!! Ik vond het erg leuk om over mijn avonturen te schrijven en voor mijzelf is dit een mooie herinnering aan een reis die ik nooit zal vergeten!

Liefs Desirée

PS) binnenkort nog wat foto’s bij de verhalen. Dat lukt wat beter op mijn eigen laptop, dan op de computers in Zuid-Amerika!

Smile

´Van het einde van de wereld tot aan culinair en gastvrij Brazilië!´

Queridos todos,

Ik wil mijn blog graag beginnen met het bedanken voor jullie reacties hier op mijn blog of op Facebook. De vorige keer heb ik niet gereageerd op jullie nieuwjaarswensen en andere lieve berichten. Maar die heb ik allemaal gelezen en zeker als het hier even wat minder ging is het erg fijn om een berichtje uit Nederland te krijgen

Smile
Maar voordat ik te sentimenteel wordt (zal wel komen doordat het einde van mijn trip in zicht komt haha), zal ik verder vertellen over mijn avonturen hier!

Na de geslaagde dagen in Pucon zijn we verder gereisd naar Valdivia (niet heel bijzonder) en Puerto Varas, een leuk plaatsje die ook weer Zwitsers aandeed. Daar niet veel gedaan, vooral gerelaxed en genoten en voorbereidingen getroffen voor de rest van mijn trip, richting Patagonië. Dat bleek nog niet zo eenvoudig te zijn. Uiteindelijk heb ik een vlucht geboekt naar Punta Arenas, in het zuiden van Chili. Het begin van Patagonië. Vanaf daar ging ik ook weer alleen reizen. Dat was even wennen in het begin, ook omdat het een stukje kouder was (al had ik erger verwacht) en omdat de stad ook niet zoveel uitstraalde. Gelukkig waren er wel excursiemogelijkheden in de omgeving en heb ik ook nog wat mensen leren kennen in het hostel, die me alvast tips gaven voor Ushuaia, mijn volgende stop.

Uiteindelijk heb ik alleen de excursie naar het pinguïn eiland Isla Magdalena gedaan (toch een beetje geld uitsparen voor het dure Argentinië). Het was twee uur met de boot en daarna 1 uur op het eiland en dan weer terug. Op het eiland leven de Magellena pinguïns, ongeveer 69.000 (best veel dus!!) De kolonie arriveert in september. Ze leggen hun eieren in oktober die uitkomen in november. In de maanden januari en februari groeien de baby pinguïns op. En ik was er dus in deze periode. Het was wel een beetje bizar om zoveel pinguïns bij elkaar te zien. Er is een voetpad voor de bezoekers en de plaats waar de pinguïns rondlopen is afgezet met een lage omheining van touw. De pinguïns kunnen er dus gemakkelijk onderdoor lopen (wat ze soms ook doen) en als bezoeker kun je ze van heel dichtbij zien. Ze lijken zich niet veel van de mensen aan te trekken en doen ´gewoon hun ding´. Zoals hun jong voeden (die zien er trouwens erg dik en ´fluffy´ uit met hun baby vacht en soms ook een beetje nep of grappig), of ze maken geluiden (erg hard) naar elkaar, alsof ze een vergadering hebben (staan in groepjes bij elkaar). Soms zie je een ´gezinnetje´ bij elkaar. Anderen liggen lui op de grond en weer anderen lopen op hun typische manier (op zoek naar voedsel of gewoon om een ommetje te maken of iets dergelijks, haha). Het was bijzonder om de pinguïns te zien. Van zo dichtij en met zoveel. Ze lijken in hun natuurlijke habitat. Toch had ik er ook een beetje vraagtekens bij. Het is toch niet helemaal natuurlijk dat er elke dag een lading toeristen komt, die ze van alle kanten fotografeert (en ja, ik heb daar dan dus ook een bijdrage aan geleverd). Een beetje tegenstrijdig dus.

Een paar dagen later stond de busreis (van 12 uur) naar Ushuaia (in Argentinië), ook wel het ´Het einde van de wereld’ genoemd (meest zuidelijke stad ter wereld), gepland. Apart om daar te zijn. Ik had er meer verwachtingen van, meer toeristisch. En het voelde helemaal niet als het einde van de wereld, hoe dat dan ook mag voelen, haha. Tijd om de omgeving te verkennen, want de stad zelf is dus niet zo bijzonder. Als eerste heb ik een georganiseerde tour gedaan naar het nationale park; Tierra del Fuego (ook wel bekend als Vuurland). De wandeling was niet heel moeilijk, maar toch fijn om weer even actief bezig te zijn. Het park was mooi, maar om eerlijk te zijn maakte het niet heel veel indruk op me. Wel was het leuk om uitleg te krijgen van de gids, bijvoorbeeld over de oorspronkelijke bewoners van Ushuaia, en de manier waarop zij leefden. Aan het einde van de wandeling stond er een speciaal klaargemaakte verse lunch klaar, inclusief wijn. Smaakte goed! Daarna gingen we kanoën op het meer gelegen rondom het park. Het was dus weer verkleedtijd (deze keer een grote, charmante broek die we mochten dragen). Af en toe voelde je het natuurlijk wel in je armen. Volgens de gids was er een sterke noordwestelijke wind (of andere richting) en was het dus knap dat we dit stuk hadden gekanoëd. Voor mijzelf voelde het niet zo aan. Het was niet zo zwaar geweest. Eerlijk gezegd had ik moeilijker meegemaakt tijdens mijn trip

Laughing
. Maar, al met al voelde ik me na afloop van de excursie lekker moe en rozig. Dat was dus een goede basis voor een dutje, haha!

De dag erna heb ik samen met iemand uit het hostel een wandeling naar Laguna Esmeralda gedaan. Bij het hostel hadden ze gezegd dat je naar het beginpunt kon liften. Maar je kon ook een transfer (heen en terug) boeken. Daar ging mijn voorkeur naar uit. Maar uiteindelijk toch gaan liften om te proberen. Dat was niet echt een succes. één automobilist nam ons het eerste gedeelte mee. Maar vanaf daar lukte het helemaal niet. We besloten alvast te gaan lopen. Maar ik had er geen goed gevoel over. Dus het hostel gebeld en gevraagd of zij een taxi konden regelen in plaats van stug door te lopen. Het bleek een goede keus, want het was nog best ver en als we langer hadden gewacht met bellen, hadden we de terugtocht misschien in het donker moeten lopen. Geen fijn idee. En voor mij weer een bevestiging dat ik naar mijn gevoel moet luisteren

Smile

De route naar de laguna was goed aangegeven. En ging een groot gedeelte door bos, ook langs water en beverdammen (daar zo meer over). Het laatste gedeelte voor de laguna deed een beetje Afrika-achtig aan. Met modderachtige grond of juist hele droge grond, met daarnaast een rivier. Na wat rotsen en heuvels openbaarde zich daar opeens Laguna Esmeralda ;-) Wat mooi! Een turkooise kleur, helder water en omringd door de bergen. Weer een mooi stukje natuur, waar je wel een tijdje naar kunt kijken. Dat hebben we dan ook gedaan, vanaf een Lion King-achtige rots ;-) Na nog wat rondgelopen te hebben (en springfoto’s te hebben gemaak om de collectie aan te vullen ;-)) was het tijd om terug te gaan. Tijd namelijk voor beverspotting. Als het begint te schemeren komen namelijk de bevers te voorschijn bij het water waar we aan het begin van de wandeling voorbij waren gelopen. We werden door anderen gewezen op de plek waar ze even daarvoor waren gespot. Ze laten zich niet snel zien en hebben natuurlijk hun wegen onder water. Maar dat ze er in grote getalen zijn, dat is dus wel te zien aan de beverdammen (een ingenieus system). En aan de vele boomstammen waaraan ze ´geknabbeld´ hebben. Soms zoveel dat sommigen bomen zijn omgevallen. Het zijn toch slimme en interessante beesten. Misschien moet ik toch eens een bezoek brengen aan de Biesbosch als ik terug ben om er meer over te weten te komen, haha. Uiteindelijk hebben we in totaal 3 bevers van redelijk dichtbij gezien. De laatste dag voor vertrek in Ushuaia heb ik een excursie over het Beagle kanaal gedaan. Vanaf de boot hebben we aparte vogels (ze leken een beetje op pinguïns) gezien, en een rots met zeeleeuwen met hun harems zeehonden. En het eilandje waar we wat hebben gelopen deed wat Iers aan.

En dat was dus mijn Patagonië avontuur!! Al met al had ik er meer van verwacht, meer ruige natuur. Maar nu moet ik ook eerlijk zeggen dat ik natuurlijk ook niet alles heb gezien en hier geen trekkings heb gedaan door en naar hoge bergen of gletsers. Want er zijn uiteraard wel mooie en indrukwekkende dingen in de buurt, wat ik wel heb gezien (bijvoorbeeld op Facebook) bij andere backpackers die ik eerder tijdens mijn reis heb ontmoet. Misschien een gemiste kans, maar ik vond het eigenlijk ook wel goed. Soms moet je tijdens je reis keuzes maken. Ik was tevreden met wat ik had gezien. En ik heb natuuurlijk eerder tijdens mijn reis ook al zoveel mooie dingen gezien. En was stiekem ook wel even klaar met al dat ´natuurgeweld´ en keek heel erg uit (en was ook toe) aan mijn volgende gedeelte van mijn reis; namelijk mijn bezoek aan Brazilië (en verblijf bij locals!)

In eerste instantie was ik helemaal niet van plan om naar Brazilië te gaan. Maar Marta, een vriendin van me, die ik ken van mijn werk bij VIV, oorspronkelijk uit Brazilië, heeft me van gedachten doen veranderen. Zij zou ook in Brazilië zijn, voor een lange vakantie en het is natuurlijk altijd leuk om elkaar daar dan te ontmoeten. Dus vandaar dat ik al in Nederland een vlucht van Ushuaia naar Saõ Paulo had geboekt. Ik zou eerst bij familia en vrienden van Marta verblijven, voordat we elkaar zouden zien in Enseada, aan het strand.

In Saõ Paulo heeft de dochter van een nicht van Marta, Daniela (Dani) me gehost samen met haar vriend Roni. Ik voelde me al snel thuis in hun appartement, want overal waren dingen van Nederland terug te vinden (klompen, een schilderij van de Amsterdamse grachten en een fiets, spullen van de Action). Niet geheel toevallig. Dani en Roni hebben een jaar in Amsterdam gewoond, in verband met werk. En ze zijn beiden fan van Nederland. Dat bleek ook wel uit de namen van hun huisdieren; Bitterballen was de naam van de jonge, nieuwsgierige kat en Poffertje van de overenthousiaste mopshond. Erg grappig! Naast de Nederlandse sfeer heb ik uiteraard ook kennis gemaakt met de Braziliaanse cultuur en dan met name met de eetcultuur. Wat heb ik genoten van de typische Brazilaanse gerechten, lekkernijen en fruit!! Ik heb heel wat nieuwe dingen geproefd of bekende ingrediënten op een andere manier bereid zien worden. Zo hebben we bijvoorbeeld bij de Centrale Markt een Mortadela sandwich gegeten. Een sandwich met een heleboel lagen ham. Erg lekker. De moeder van Dani had ons uitgenodigd voor lunch en daar maakte ik kennis met een zoete variant van een gerecht van avocado, met limoen, suiker. Mmmm. Ook maakte ik kennis met Tapioca, een zetmeel ingredient, waar je zowel een zoete of hartige variant (beiden geproefd) gerecht mee kunt maken! Nou, zoals jullie horen kan ik nog wel even doorgaan.. Dat is dus één van de leuke dingen van verblijven bij locals: ze laten je kennismaken met hun eten en drinken En daarnaast is het ook leuk dat ze vertellen over hun stad. Zo heb ik niet heel veel van Saõ Paulo gezien door de regen (maar op zich voldoende, het is een drukke, chaotische stad), maar Dani heeft heel wat verteld over de stad en de inwoners enz.

Na Saõ Paulo stond Rio op het programma! Een bestemming die natuurlijk hoge verwachtingen opwekt. Ik verbleef bij een vriendin van Marta, Dulce. En een andere vriendin Ana heeft me ook welkom geheten. Met haar ben ik naar het bekende Christusbeeld geweest. Wat ik wel opvallend vond, Ana was hier zelf nog nooit geweest (Dulce trouwens ook niet). Dus fijn dat ze me op sleeptouw mocht nemen, haha. Het was alleen jammer dat het erg mistig was. Zowel het uitzicht als het beeld was bijna niet te zien. Extra leuk als de mist dan even optrekt en HIJ opeens tevoorschijn kwam, haha

Innocent

‘S Avonds heeft de dochter van Dulce, Isadora, me overtuigd dat het toch leuker is om uit te gaan met haar, dan met haar moeder en vriendinnen, die naar een samba party gingen. Zij hostten me natuurlijk, dus je wilt ze ook niet voor het hoofd stoten. Maar dat was geen probleem. En het was een gezellige avond met Isadora en haar vriend (blijkbaar een bekende Brazilaanse acteur) en een vriend van hem, met heerlijke amaretto sour (ja ook hier in Rio smaakte het eten en drinken erg goed, haha).

Ik wilde graag nog de bekende trappen met tegels bezoeken (de officiële naam is Escadaria Selaron en de trappen verbinden de hoger gelegen wijk Santa Teresa met de lager gelegen wijk Lapa) en daar ben ik met Isadora de volgende dag naartoe geweest. Ze was, net als ik, helemaal blij om het te zien, want dit was voor haar ook de eerste keer. Het is een vrolijk straatbeeld, al die tegels uit allerlei landen (ik zag bijvoorbeeld een tegeltje van de provincie Zeeland, grappig) en mooi, fel gekleurd! Daarna hadden we toch echt even afkoeling en een relaxmomentje nodig, haha. Dus op naar het strand! Voelde me weer (want al vaker tijdens mijn trip) bevoorrecht toen we op het strand waren; met het mooie uitzicht, stoel en parasol die werden geregeld en een heerlijke kokosnoot! Wat kan het leven toch goed zijn!

Cool

Helaas was de tijd in Rio maar kort, maar erg geslaagd! Ik ging op weg naar de volgende bestemming; Curitiba (12 uur rijden van Rio) en naar mijn host daar; Luiz Fernando. Een vriend van Marta. En een aardige, grappige man! Na een ontbijtje dat er goed inging na die busreis, tijd voor wat sightseeing in de stad. Weer totaal anders dan de andere steden. Erg overzichtelijk, schoon, veel groen ook en goed georganiseerd (tenminste wat ik ervan zag). Luiz Fernando was ook een goede gids en heeft me veel verteld over de stad. We kwamen onder ander langs het Oscar Niemeyer museum. Niemeyer was een bekende architect en zijn creatie ´ the Eye´ is letterlijk en figuurlijk een eyecather (een kunstwerk en gebouw inéén). Het was maandag, dus het museum was gesloten, maar de volgende dag heb ik het op eigen gelegenheid bezocht!

En op dinsdag dag zou ik Marta dan ook eindelijk zien. Samen met Luiz Fernando zijn we van Curitiba naar Enseada, in het zuiden van Brazilië, gereisd. Wat was het, stiekem, toch fijn om na die maanden reizen een bekend gezicht te zien! Samen met Marta, Luiz Fernando, de nicht van Marta en haar zoon, heb ik een paar leuke, relaxte dagen gehad, die ik vooral heb besteed aan het strand, in de hangmat bij het huis en natuurlijk ook genietend van het eten en het drinken. Luiz Fernando bleek een ware kok. Zo hebben we de ene avond heerlijke picanha (vlees) en de andere dag cachara (vis) van de BBQ gegeten. En natuurlijk kon ook een caipirinha (ene dag met limoen, de andere met aardbeien) niet ontbreken.

Tongue Out

De dagen in Brazilië vlogen echt voorbij. Het was erg gezellig geweest. Misschien kwam het omdat ik met al mijn hosts al contact had gehad via groepsapps op Whatsapp, maar het voelde aan alsof ik ze al langer kenden. En er was met allemaal een leuke klik! Dus wederom even wennen om daarna weer alleen verder te reizen. Er stond nog één uitstapje in Brazilië op het programma voordat ik weer terug naar Argentinië zou gaan; de watervallen van Iguazu. Die waren erg indrukwekkend en overweldigend. Een mooie afsluiting van mijn verblijf in Brazilië!

Liefs Desirée

´Todo es posible, pero nada es seguro´

Hola thuisfront,

De tijd vliegt hier voorbij. Ik zie dat mijn vorige blog alweer een maand geleden is. Tijd om jullie weer te verblijden (haha), met mijn verhalen!

Nadat ik eerder mijn tour naar de Salar de Uyuni had uitgesteld, durfde ik het na Oud & Nieuw dan toch aan om hem eindelijk te gaan ondernemen. Ik had hier al zolang naar uitgekeken! Met nog een laatste bezoek aan het ziekenhuis voor een injectie in mijn rug, maakte ik de busreis van Sucre naar Uyuni (ongeveer 12 uur in de bus). De dag erna begon de tour (ik had gelukkig in het ziekenhuis daar kunnen regelen dat ik die ochtend ook nog een injectie kreeg). Het reisgezelschap bestond uit twee jonge Duitse meiden, een Braziliaans stel en Konstantin uit Bulgarije en onze chauffeur van de jeep, en tevens ook gids en kok Polli. Ik voelde me op mijn gemak bij dit gezelschap. Erg belangrijk, omdat je toch een paar dagen met elkaar optrekt.

Het gebied met de zoutvlaktes is erg groot. Het heeft een oppervlakte van 10.582 km2 en is de op een na grootste zoutvlakte van de wereld. Ongeveer 40.000 jaar geleden was deze vlakte een deel van het Minchinmeer, een reusachtig prehistorisch meer. Er wordt geschat dat het meer dan 10 miljard ton zout bevat, waarvan ongeveer 25000 ton jaarlijks weggehaald wordt.Het eerste gedeelte waar we stopten was een plek waar het zout op elkaar gestapeld wordt, in piramide vorm. Families verzamelen dit om er vervolgens producten van te maken. Na deze stop door naar de volgende; hier stond het zoutbeeld van de Dakar rally, die een paar dagen na onze tour zou plaatsvinden. Terwijl wij alles aan het bekijken waren en foto’s aan het maken waren, had Polli een lunch klaargemaakt en gepresenteerd op de achterklep van de jeep. Het zag er allemaal goed uit en zo smaakte het ook. En het had ook wel wat, om zo zittend op de zoutvlaktes je lunch te eten.

Na een half uur gingen we weer op pad. Terwijl ik me in de jeep zat af te vragen of dit nu alles was van de zoutvlaktes (waar was de bekende plek, waar iedereen toch die bekende foto’s neemt?), kwam daar na ongeveer een half uur rijden het antwoord: dit was niet alles. Hier waren de witte zoutvlaktes van de foto’s. Behalve de zoutvlaktes was daar ook een surrealistisch landschap met grote cactussen op een berg. Samen met Konstantin heb ik die berg beklommen. En wat een mooi en indrukwekkend uitzicht. Alleen maar wit om je heen en dan dus die cactussen en rotsen. De natuur blijft me verbazen. Soms denk ik wel eens dat mensen de natuur verpesten en dat er niet veel van overblijft. Maar als je dit dan ziet; WOW! En dat heb ik vaker gehad tijdens deze tour. Wat zijn er toch veel mooie dingen te zien in de natuur. Wat een landschappen en zo divers; Het ene moment waande ik me in Ierland (heuvelachtig en groen), dan weer in de Grand Canyon in Noord-Amerika (niet dat ik daar ooit ben geweest, maar dat was mijn beeld erbij) om vervolgens weer in een Wadi Rum woestijn (Jordanie) achtige sfeer te belanden, (vooral dag 2 en 3 van de tour).

Terug naar dag 1 van de tour; na de indrukwekkende zoutvlaktes was het tijd voor Polli om op zoek te gaan naar een slaapplaats. We dachten dat dit van te voren was geregeld, maar om met de woorden van Polli te spreken; Todo es posible, pero nada es seguro (alles is mogelijk, maar niks is zeker). Ik vond het een mooie oneliner, want zo typisch voor hoe dingen soms gaan in Bolivia, zoals ik wel had gemerkt de afgelopen twee maanden. Soms erg frustrerend kan ik jullie zeggen. (bijvoorbeeld: je kunt een kaartje boeken voor een excursie (no problema, claro), maar of je echt een plaats in de bus kunt krijgen, dat is niet zeker).

Polli informeerde bij een zouthotel, typische overnachtingsplaats voor deze tours. Bijna alles is van …zout (hoe verrassend, haha). Maar helaas voor ons kregen we deze ervaring niet, want alles zat vol. Na een half uur rijden, informeerde Polli bij een dorpje, bij hostels en mensen die bedden verhuren. Ook in een ander dorpje. Maar telkens kreeg hij nee te horen. En op het moment dat ik dacht dat Polli wanhopig werd, hadden we opeens een slaapplaats gevonden. En nog goed en schoon ook. Voor mij weer een geruststelling, want als ‘’control-freak’’ is het best lastig om van te voren niet te weten waar je terecht komt en zult slapen. Het enige winkeltje in het dorp was tegenover de plaats waar wij verbleven. Polli ging weer aan de slag met het eten. We zaten warm en droog (of beter gezegd beschermd tegen zandstormen), met eten en een drankje en hebben gezellig met elkaar gekletst. Wat heb je nog meer nodig in de middle of nowhere!?

Smile

Hoogtepunt van dag 2 waren de verschillende gekleurde lagunas / meren, waar flamingo´s te zien waren. Ik kreeg een soort Fata Morgana idee, want het deed weer wat surrealistisch aan, maar o zo mooi. Opeens tussen de bergen, zijn daar die meren en de flamingo´s (wit, of roze gekleurd, net als sommige meren). In de jeep had ik op een gegeven moment echt een happy gevoel. Met (leuke, foute) muziek uit de jaren 80 / 90 op de achtergrond, mooie landschappen die voorbij komen. En lekker in mijn vel. Fijn om weer te kunnen reizen en dit eindelijk te kunnen zien en ervaren!! De zoektocht naar een slaapplaats deze dag was wederom niet eenvoudig, maar uiteindelijk kwamen we terecht in een warm verblijf, gerund door een familie, die slaapplaatsen verhuurde. En hebben we ´s avonds nog lol gehad met de kinderen daar. Mooi om te zien hoe blij ze kunnen zijn met een papiertje van een lolly of een handenspelletje!

Dag 3 stonden we op voor dag en dauw, om naar de geisers en warmwaterbaden te gaan! Een mooie afsluiting van de tour. Daarna was het even minder, want we moesten lang wachten aan de rand van de woestijn op een transfer naar San Pedro de Atacama, er was gedoe met een buskaartje en een uitgebreide controle bij de migratiedienst. Daarom was ik weer extra blij en opgelucht dat we (samen met Konstantin) in het hostel dat ik van te voren had opgezocht (maar niet gereserveerd), de laatste twee beschikbare bedden kregen! Het hostel was erg relaxed met hangmatten. En ik was eindelijk in Chili, na twee maanden Bolivia! Daar was ik zo blij om! En met steeds minder pijn in mijn rug.

De dagen in Atacama, (wat trouwens echt een woestijnstadje is, het centrum klein maar met allerlei voorzieningen, doet een beetje wild western aan. De meeste huizen zijn gemaakt van adobe, een bouwmateriaal bestaande uit zand, water en klei en stro of mest. Overdag kan het veel warmte opslaan, die ´s nachts vrijgegeven wordt. Erg handig in woestijngebied) vooral relaxed (= liggend, lezend in de hangmat) en een beetje actief doorgebracht. Dag na aankomst hebben we namelijk mountainbikes gehuurd en hebben in de omgeving gefietst, wat uiteindelijk neerkwam op een Death Road 2.0, door rivieren gefietst en gelopen, toen opeens een kudde schapen waar we tussen reden (zo grappig) en ook nog tussen en door bergen gereden. Pffoe, dat laatste was wel zwaar. Ook wel weer gaaf om te doen, vooral bergafwaarts, maar op een gegeven moment leek het of we door een maanlandschap reden en er geen einde aan leek te komen. Ik was bang dat we verdwaald waren. Dus wat was ik blij dat ik na een uur een kerkje zag, eindelijk weer de bewoonde wereld. In het hostel was trouwens een keuken, dus we (of eigenlijk vooral Konstantin, moet ik eerlijk zeggen, haha) hebben zelf ook kunnen koken en lekkere salades gemaakt. Toch weer iets goedkoper dan uit eten. Want ja; Chili is nu eenmaal een stuk duurder dan Bolivia!

Undecided

In het hostel hadden we Iza uit Polen ontmoet. Met haar ben ik uiteindelijk doorgereisd naar Viña del Mar, een kustplaatsje anderhalf uur van de hoofstad Santiago (waar we met het vliegtuig naartoe gingen). Ook hier zaten we in een fijn hostel. Klein en gemoedelijk. De avond van aankomst was er een asaldo, een traditionale Chileense BBQ en konden we kennismaken met andere backpackers. Leuke en relaxte dagen daar gehad, met o.a. Iza, Catalina en Magda (twee Argentijnse meiden), aan het strand (inclusief champagne, in verband met Iza´s verjaardag), bezoek aan Valpairiso; naast de vele (gekke en vrolijke) foto´s die we daar hebben gemaakt, zoals sommigen van jullie al op Facebook hadden gezien, zijn we ook nog cultureel bezig geweest met een bezoek aan het huis van de bekende Chileense dichter Pablo Neruda en heb ik genoten van de mooie gekleurde huizen en muurschilderingen.

Daarna was het tijd voor wat cultuur in de hoofstad Santiago! Deze doet heel Westers aan en zo´n verschil met bijvoorbeeld La Paz en Lima. Het is goed gestructureerd, met onder andere een goed metro netwerk. Die heb ik gebruikt om naar het Museum van de Herinnering en Mensenrechten te gaan. Van te voren had ik hier al over gelezen en het leek me interessant om dit gedeelte van Chili te zien. Chili heeft namelijk best een roerige, recente geschiedenis met de staatsgreep in 1973 en daarop volgende dictatuur van Pinochet, waarbij veel mensen zijn omgekomen, verdwenen of gemarteld. Meer nog hierover heb ik gehoord tijdens de Free Walking Tour die ik een paar dagen later maakte. Al lopende in 3 uur veel informatie gekregen over de cultuur en geschiedenis van Chili en Santiago en haar inwoners. Een andere vorm van de cultuur heb ik ontdekt tijdens de Bike en Wine tour (wijn is toch ook onderdeel van de cultuur, haha). Tussen het fietsen door uitleg gekregen over de wijngaarden, de verschillende wijnen e.d. en natuurlijk ook nog een aantal wijnen geproefd. Een belangrijk onderdeel van de tour!

Ondertussen was Konstantin ook weer aangekomen in Santiago (hij was ook even in Viña del Mar) en besloten we het nachtleven van Santiago te gaan ontdekken. We kwamen terecht in een salsa-discotheek, die we vervolgens om 5 uur in de morgen weer verlieten. Heb dus weer goed mijn salsa, merenque en bachatta passen kunnen oefenen! Het was erg geslaagd.

Maar het werd weer tijd voor wat actieve activiteiten (alhoewel salsadansen ook goed voor de conditie is). Die hebben we volop gedaan in de volgende plaats van bestemming; Pucon. Op 11 uur rijden van Santiago, met de nachtbus, kwamen we daar in de ochtend aan. Het hostel was weer super. Onze 4 mixed dorm (gedeelde slaapkamer) bleek een sfeervolle chalet te zijn, met eigen keuken, badkamer en leuk ingerichte woonkamer. En Pucon zelf is een gemoedelijke plaats, met allerlei houten huizen, veel groen en water. Het deed een beetje Zwitsers / Oostenrijks aan.

In de namiddag hebben we een kayak gehuurd en zijn we gaan kayakken op het meer dat tegenover het hostel lag. Na het fietsen van de afgelopen tijd en lopen (dat je stiekem toch veel doet), mochten nu dus de armspieren aan de slag. Maar die inspanning is toch weer minder erg als je weet dat je daarna kunt ontspannen met een wijntje, brood met kaas en de zon op de achtergrond. Wat is het leven toch slecht, haha. De dag erna zijn we gaan wandelen in het nationale park, vlakbij Pucon. Mooie meren gezien en ook goed uitzicht op de vulkaan Villaricca die we de volgende dag zouden we beklimmen.

Ik vond het van te voren wel spannend om te doen en was ook benieuwd of het zou gaan met mijn rug. Gelukkig waren er wel 5 gidsen aanwezig en kregen we ook goede uitrusting mee. Het eerste gedeelte met een skilift gedaan, zoals de meesten deden. Ik wilde mijn lichaam niet extra op de proef stellen en wilde fit en uitgerust beginnen aan het gedeelte, waar de sneeuw begon. En bovendien is dat eerste gedeelte ook niet zo interessant. Gelijk een goed excuus dus.

En toen begon het geklim en geklauter. Ik liep redelijk vooraan in de groep, wat me ook wel een druk gaf, maar volgens één van de gidsen (die wonderbaarlijk genoeg Nederlands kon praten en zelfs hagelslag op zijn brood had, en hij was toch echt een Chileen), ook goed is. Het eerste gedeelte was al best pittig, in combinatie met de zon. Ik zweette me een ongeluk. Na de eerste stop weer verder. En dit was wisselend moeilijk, afhankelijk van de steilheid. Kreeg nog een extra skistok, die me wat extra houvast gaf en het klimmen soms ook gemakkelijker maakte. Ik had ook het mantra in mijn hoofd; je kan het, je kan het. Het was ook goed om in de voetstappen van je voorganger te lopen. Zo had je minder kans om uit te glijden. Na nog 2 stops, waar we met eten en drinken en goed ademhalen weer nieuwe energie opdeden, voor het laatste gedeelte, bereikten we na ongeveer 4 uur (vanaf het beginpunt gezien) de top van de vulkaan!! Wat was dit een mooie overwinning op mezelf, na al die rugpijn! I did it!

Het uitzicht van de omgeving was mooi, maar eigenlijk vond ik het nog mooier om te zien hoe het uitzicht van de vulkaan was. Nu pas kon je goed zien hoe steil die was. Maar goed dat ik tijdens het klimmen vooral naar mijn voeten had gekeken, en naar elke stap die ik maakte, in plaats van om me heen, want je zou er duizelig van worden en je evenwicht verliezen. Na ongeveer een half uur op de top was het tijd voor de terugtocht. Die zou een stuk sneller gaan. We zouden dit namelijk al zittend en slee-end (sorry, ik weet niet precies hoe je dit schrijft) doen. Daarvoor moesten we wel eerst onze charmante extra uitrusting aandoen; een extra broek, grote handschoenen, jas en als toppunt van charmantheid een soort van luier. Materiaal die je om je broek heen moest doen, als extra bescherming tegen de sneeuw en kou. Na een korte uitleg, was het zover. Er was een speciale (slee)weg vrijgemaakt. Je kon gaan zitten, je een beetje afzetten en door de steilheid van de berg ging je dus zo naar beneden. Op sommige gedeeltes moesten we onze kleine sleetjes gebruiken. Wat was het grappig om te doen. Zeker de snelle gedeeltes en bochten waren leuk! En zo ging de terugweg dus een stuk sneller dan de heenweg!

Wink

Dat was dus weer een heel avontuur! Leuk om al die actieve dingen te doen. Ik merk dat ik daarna dan weer extra geniet van het relaxen. Dat was daarna al in het hostel met de hele groep en een koud drankje. Maar ook de daarop volgende dagen. Genieten van de zon, het landschap, het even niks doen, lekker eten en goed gezelschap en voorbereiden op de volgende avonturen in Patagonië, waar ik nu al ben, maar waar ik jullie de volgende keer verder over zal vertellen!

Zo....jullie zijn weer bij! Ik hoop dat met jullie ook alles goed gaat? Vastenavond vierders; veel plezier de komende weken en de rest natuurlijk ook!

Liefs Desirée

Gewenst en ongewenst reisgezelschap!

Hola todas,

Het vrijwilligerswerk is afgelopen, dus....tijd om te gaan reizen! Mijn eerste bestemming drie weken geleden; Cochabamba. Deze stad ligt iets noordelijker dan Sucre. Met de bus 12 uur reizen. Maar ik koos voor de luxe manier; met het vliegtuig, maar 20 minuten.

Waarom Cochabamba? Er is daar als toerist niet veel te beleven. De reden dat ik er naartoe ging, was dan ook niet om de toerist uit tehangen, maar om iemand op te zoeken, om precies te zijn; Oliver. Ik had hem ontmoet tijdens de Death Road. We raakten in gesprek en hij was op zoek naar vrijwilligerswerk in Sucre. Omdat ik daar dus ook naartoe ging en vrijwilligerswerk ging doen én de school daar (mijn contactorganisatie) meerdere vrijwilligersprojecten in de database heeft, besloten we om contact tehouden.

Uiteindelijk vond Oliver zelf al vrijwilligerswerk (toevallig op dezelfde plaats als mijn huisgenote Georgine, de wereld is maar klein). Maar dit beviel niet zo. Gelukkig kon ik toen helpen. Ik wist dat Oliver van paarden houdt. En ik had tijdens de vrijwilligerstraining in Nederland een meisje ontmoet dat vrijwilligerswerk ging doen met paarden én gehandicapte kinderen. Ik heb contact met haar gezocht en ze wist me te vertellen dat de organisatie erg blij zou zijn met nieuwe vrijwilligers. Ondertussen was ze zelf al klaar met haar vrijwilligerswerk. Dus ik heb Oliver in contact gebracht met de organisatie en ze waren erg blij met hem. En wij hadden een deal; als hij zou worden ´aangenomen´, dan zou ik hem komen opzoeken. Dus zo gezegd, zo gedaan!

Op de zaterdag van aankomst eerst een kennismaking met Cochabamba, dat er door de gekleurde en bewegende kerstverlichting erg hysterisch en surrealistisch uitzag. Het was zo over de top en lelijk, dat het mooi werd, haha. Blijkbaar houden de Bolivianen ervan! De dag erna was het autoloze zondag in Cocha (zoals de stad vaak wordt afgekort), in verband met één of andere staking of blokkade. Opeens bleken de mensen hier ook fietsen te hebben. Ze profiteerden lekker van de situatie en gebruikten de wegen volop. Wij hebben die dag veel gelopen, onder andere naar het Christusbeeld de la Concordia. Tenminste tot onderaan de berg en vanaf daar namen we de kabelbaan. Mooi uitzicht over de stad en het beeld zelf was ook mooi (en groot) en hebben we ook nog van binnen gezien.

De week die volgde stond vooral in het teken van het vrijwilligerswerk van Oliver. Dit is niet in Cocha zelf, maar in Quillacollo. Het is op een groot terrein. Met stallen voor de paarden, genoeg ruimte voor de paarden buiten, de plaats waar de lessen worden gegeven enz. En ook de eigenaresse en haar familie wonen op het terrein. Zoals de meesten van jullie wel weten heb ik helemaal geen ervaring met paarden. Dus alles was nieuw voor mij. Ik heb in deze week dan ook veel geleerd over deze dieren, die eigenlijk heel interessant zijn; groot, maar elegant. Ik heb het reilen en zeilen gezien wat betreft de verzorging van de paarden (en waar mogelijk ook meegeholpen). En ook meegekeken en meegeholpen met de kinderen. Want ja, dat is wat het project zo interessant maakt. Naast gezonde kinderen die les krijgen, krijgen ook gehandicapte kinderen of kinderen met een rugzakje, zoals we dat in Nederland zouden noemen, les (of eigenlijk therapie). Het gaat dan bijvoorbeeld om kinderen met autisme, concentratieproblemen, maar ook kinderen met het Syndroom van Down. Extra bijzonder en mooi dat dit project is opgestart door eigenaresse Jackeline, omdat de gehandicapten / mindervaliden / ´uitzonderlijke´ kinderen in een land als Bolivia toch vaak worden genegeerd. Ze krijgen vaak geen speciale zorg of begeleiding of deze is alleen voor de rijkeren beschikbaar. Fijn dus dat de lessen gratis worden gegeven voor deze kinderen.

Wat wordt er precies gedaan; belangrijk zijn eerst de oefeningen zonder paard. Die echt de basis vormen. Het is een soort warming-up, met oefeningen voor de balans, concentratie en ademhaling. Oliver doet dat heel leuk. Het is natuurlijk erg fijn dat Oliver echt met de kinderen kan communiceren en hun aandacht kan vragen (die af en toe natuurlijk wel eens weg is), omdat hij Spaans speekt (hij komt oorspronkelijk uit Spanje), op een leuke en speelse manier. Na ongeveer een uur is het tijd voor de oefeningen met en op de paarden. Eenmaal op het paard geeft Oliver instructies en oefeningen die de kinderen moeten uitvoeren (en die erg belangrijk zijn bij het paardrijden, heb ikzelf later die week ook kunnen ervaren), bijv. beide armen gestrekt of juist bewegingen maken met de voeten of benen. Het begin van de staart aanraken om en om met de hand. Doel van al deze oefeningen en van het project; verbetering van kwaliteit van leven; soepeler worden, meer in balans komen. En het contact met het paard is ook belangrijk, de energie die het paard geeft. Ze hebben een goede, rustgevende werking op de kinderen. Je kunt het een beetje vergelijken met dolfijntherapie.

Voor de rest zijn de mensen daar (Jackeline en haar familie en de mensen die op het terrein werken) erg aardig. Elke dag was ereen uitgebreide lunch (die je dan ook goed kunt gebruiken). Naast de lessen helpt Oliver dus ook mee met de verzorging van de paarden (verschonen van drinkbakken, in en uit de stallen halen enz.) Fysiek werk dus en dat meestal in het felle zonnetje. Oliver is op dit moment de enige vrijwilliger en ze zijn erg blij met hem. Fijn dat ik daar een bijdrage aan heb kunnen leveren! Ik had zelf in deze week ook nog mijn eigen projectje, zodat ik me ook nuttig kon maken, buiten het af en toe meehelpen met de lessen. Namelijk het schilderen van panelen met cijfers, vormen, letters en afbeeldingen, die ze willen gebruiken tijdens de lessen (om een concreet voorbeeld te geven, bij de letter A hebben we een vliegtuig getekend en geschreven. Vliegtuig in het Spaans is Avion. Tijdens de oefeningen moeten de kinderen hun armen strekken, net als de vleugels van een ... vliegtuig). Dus ik ben bezig geweest met schuren, wit verven van de panelen, tekenen en schilderen. Helaas heb ik het niet helemaal af kunnen krijgen, maar ik heb ze toch een eind op weg geholpen en Oliver heeft het verder af kunnen maken. En het was leuk (en soms ook wel pittig) om lekker actief te zijn, in de buitenlucht. En we hebben ook lol gehad met 2 jongens die op het terrein wonen (hun moeder werkte voorheen op het bedrijf), Rodrigo (8) en Alejandro (6).

Op het einde van de week hebben we trouwens nog een paardrijdtour gedaan. Ik had al eerder die week les gehad van Oliver. Het bleek toch moeilijker en minder saai dan ik altijd dacht. Alleen al het paard in beweging krijgen was een opgave op zich, haha. Gelukkig hield Oliver wel een oogje in het zeil. Ook om me af en toe hartelijk toe (of uit ) te lachen. Omdat hij mijn klunzigheid herkende van toen hij zelf met paardrijden begon, jaja.

Tot zover het leuke gedeelte van de reis naar Cocha. De week erop begon de ellende. Geen trek, misselijk, darmklachten. Op aanraden van Jackeline naar een laboratorium gegaan om wat testjes te doen. Daaruit bleek dat ik amoeba had, een parasiet. Op dat reisgezelschap zat ik nu niet te wachten. Maar gelukkig had het een naam en kreeg ik er medicijnen voor. Langzaamaan ging het weer beter. Daardoor wel noodgedwongen langer in Cocha gebleven (en wat andere plannen, bijvoorbeeld om naar de jungle te gaan geannuleerd). Ik was blij dat Oliver in de buurt was. Hij kon natuurlijk vertalen waar nodig en toch fijn dat er iemand in de buurt is waar je van op aan kunt, in het verre buitenland, als je, je niet helemaal fijn voelt. En met zijn opmerkingen, zoals ´Miss Amoeba, hoe gaat het?´ kon hij me ook opvrolijken. Gewenst reisgezelschap dus, haha!

Terug in Sucre, met het plan om daar een paar dagen te blijven, voordat ik naar Salar the Uyuni (de grote zoutvlaktes) zou gaan, kreeg ik last van lage rugpijn. Waren eindelijk die amoebas weg, en dacht ik genoeg van de medische wereld van Bolivia te hebben gezien, kreeg ik dit. De afgelopen dagen was ik zo gefrustreerd en verdrietig. Door de pijn en omdat ik mijn reisplannen moest uitstellen. Maar ondertussen heb ik de situatie wel een beetje geaccepteerd en moet ik nog even geduld hebben, voordat ik verder kan reizen. Ondertussen heb ik hier de technieken van de fysiotherapie ontdekt (onder andere electrotherapie), kan ik zelf een apotheek beginnen, en geven injecties op de pijnlijke plek, eindelijk verlichting van de pijn. En..ook mijn Spaans kan ik goed oefenen met gesprekken met al die medici! Allemaal weer ervaringen zullen we maar zeggen, om het toch positief te blijven zien! En op dit moment even onderdeel van mijn reis. Liever had ik hier ervaringen van mooie dingen beschreven, maar daar hoop ik jullie de volgende keer weer op te trakteren (en mezelf ook, haha).

Voor nu; allemaal een goede jaarwisseling gewenst en alle goeds, en vooral gezondheid (dat heb ik nu wel gemerkt hoe belangrijk dat is) voor het nieuwe jaar!

Liefs Desirée

PS) Oliver heeft een website, waar mensen die hij tijdens zijn reis ontmoet, antwoord geven op de vraag; Wat is het, wat jou gelukkig maakt? Ook ik heb antwoord gegeven op deze vraag. Benieuwd naar het antwoord ;-) http://oliverwhatisit.wordpress.com

Sientate - Lista - Muy bien - Basto!!!

Hola todas,

Het wordt weer tijd voor een nieuw verhaal! Ik hoop dat ik iets korter en bondiger kan zijn, dan de vorige keer. Maar ik kan niks beloven ;-)

Voordat mijn vrijwilligerswerk in Sucre, Bolivia begon, had ik nog een week de tijd om wat te reizen en dingen te zien. Met Valentina en Leia (een andere studente en vrijwilligster die ik kende via de school) ben ik naar Puno geweest voor excursies rond het Titicacameer. Met een luxe bus, met stoelen die 160 graden naar beneden konden, veel beenruimte, een dekentje voor tijdens het slapen (we vertrokken namelijk om 10 uur ´s avonds en de busreis duurde ongeveer 6 uur), was het goed te doen. Die dag hebben we de excursies voor de komende dagen geregeld. En ´s avonds trouwens erg lekkere vis gegeten (volgens mij was het forel). Ook niet zo gek dat deze vis goed smaakte, want je zit dicht bij de bron, het Titicacameer!

De volgende dag stond Isla del Sol op het programma. Dit ligt al in Bolivia, dus we gingen ook al langs de migratiepost en kregen een stempel . Conclusie van deze dag was; een verspilling van tijd en geld. We hebben vooral veel in de bus gezeten en niet veel gezien. We hadden geen gids op Isla del Sol, zoals wel beloofd was. En we hadden geen extra Bolviaans geld bij om een gids te betalen.

Gelukkig maakte de andere dag veel goed. We gingen naar één van de Uros eilanden; de floating islands (drijvende eilanden) gemaakt van riet. Het was erg interessant en ook wel bijzonder om daar te lopen, het lijkt namelijk alsof je op een waterbed loopt. De ondergrond van het eiland is van riet, maar ook alle andere dingen op het eiland; de huizen, de bedden enz, enz. Dit betekent trouwens wel dat om de zoveel maanden alles moet worden vervangen, omdat het riet aan de onderkant begint te rotten. Zo blijf je bezig. Maar de inwoners van de eilanden hoeven zich sowieso niet te vervelen, met al die toeristen. Het is een beetje commericeel. Je vraagt je af wat is echt en wat niet. Maar de mensen moeten toch hun geld verdienen en met een; ´Amiga, amiga, ik laat je mijn huis zien´,grijpen ze gelijk de gelegenheid aan om je hun spulletjes te laten zien en te verkopen. Een bijzonder leven daar op de eilanden. Na een boottochtje op een typische boot én een leuke stempel voor in mijn paspoort, door naar Taquille. Eén van de grootste, maar ietwat afgelegen, eilanden van het Titicacameer.

Op dit eiland dragen de mensen hun traditionele kleding met mutsen, die ze zelf breien. Ook de mannen. Er werd door de gids gezegd: bij het ´uitkiezen´ /zoeken naar een man, wordt niet gekeken naar zijn uiterlijk, maar naar zijn breikwaliteiten. Misschien moet je het met een korretje zout nemen, maar feit is wel dat je op het eiland verschillende mannen aantreft die aan het breien zijn. Wel een verademing trouwens; er rijden geen auto´s op dit eiland. Gezond! Maar er is ook geen tandarts. Daarom mag je de kinderen geen snoepjes geven. Dit wordt aangegeven als je op het eiland aankomt. Terug in Puno, nog gezellig met de meiden uit eten geweest en wat gedronken, voordat zij teruggingen naar Cuszo en ik weer op mezelf was aangewezen.

De volgende dag zat ik vooral in de bus, op weg naar de volgende bestemming; La Paz. Nu was het echt; Adios Peru. Ik had er een goede tijd gehad. Op naar het volgende avontuur. De bussen waren niet heel comfortabel, maar oke. En toen ik dacht te kunnen relaxen en mijn schoenen had uitgedaan, moesten we opeens uit de bus, want we zouden een stukje met de boot gaan. Ik wist niet dat dit included was ;-) Het was een klein gammel wiebelbootje. Wel komisch op zich en dat in het donker. Later nog een stukje met de bus. En aangekomen in het hostel bleken er geen andere mensen in de kamer te zijn. Dus toch weer een kamer voor mezelf, maar dan met 15 bedden.

De eerste echte dag in La Paz heb ik de Free Walking Tour in het centrum gedaan. Was interessant en veel informatie gekregen. Maar al lopende en kijkende, kwam ik tot de conclusie dat ik deze stad niet leuk vond. Te chaotisch en .. niet echt te beschrijven, maar voor mij geen fijne sfeer.De volgende dag was het tijd voor wat avontuur; ik ging namelijk de Death Road fietsen (een mountainbike tocht, langs een weg vlakbij La Paz, die voorheen als erg gevaarlijk stond, je fiets vlak langs het ravijn). Van te voren had ik erg getwijdeld . Het leek me erg gaaf, maar de naam schrikt natuurlijk een beetje af. Zou het niet te gevaarlijk zijn? Maar andere mensen wisten me te overtuigen! Voordat de daadwerkelijke tocht begon, kregen we eerst nog onze uitrustig aangereikt (broek, hesje, helm, handschoenen) en toen op weg. Het was nog ongeveer 1 ½ uur rijden, dus nog even tijd om lekker zenuwachtig te zijn, haha. Het eerste gedeelte waar we begonnen te fietsen was nog niet de Death Road, maar wel de weg er naartoe. Geasfalteerd en bergaf. We hoefden ons geen zorgen te maken over foto´s. De gids had zijn camera bij en maakte onderweg, dus ook rijdende, foto´s van ons en van het uitzicht. En ook de typische foto´s die je in folders ziet, werden gemaakt. Aan het begin was het even wennen op de mountainbike en een beetje eng. Vooral veel remmen in de bochten. Maar ik merkte al wel dat ik het toch al wel erg leuk vond om te doen. En wat een mooie omgeving. Maar safety first en dus vooral op de weg letten.

Na ongeveer een uur een pauze, met ontijt, dat er goed inging. En toen…het daadwerkelijke begin van de Death Road! Het was wel een fijn dat onze gids voorop reed en de bus achter de laatste deelnemer reed. Gids en chauffeur hadden contact via walkie talkie. Het uitzicht wat we hadden van de weg vooraf; bergafwaarts, smal en het ravijn naast je! Het rijden ging eigenlijk heel goed. Wel goed opletten, want er zijn tochscherpe bochten en soms veel stenen op de weg (die vond ik eigenlijk enger, dan het feit dat het ravijn naast je ligt). 2 deelnemers zijn toch nog hard gevallen (nee, niet het ravijn in gelukkig). Bij mij alleen de ketting eraf. Mijn handen deden op een gegeven moment wel pijn van het remmen. Gelukkig stopten we ook regelmatig. Ook om van het uitzicht te genieten. We kwamen ook nog langs een gedeelte met watervallen en later een paar riviertjes, waar je doorheen kon rijden, ook nog wat bergopwaarts gereden. En het uitzicht was zooo mooi! Op een gegeven moment zat ik zo in het midden van de groep. Ik zag niemand meer, maar ik wist dat ze voor en achter me reden (een fijn idee), maar het was even me, myself and I en dat voelde goed, zo één met de natuur, hahaha. Ik wilde op een gegeven moment hard roepen; WOEHOE!!!! Omdat ik het zo gaaf vond en ervan genoot. Maar toch maar bij een bescheiden, zacht woehoe gelaten! Na een high-five van de gids bij het einde van de tocht, tijd voor een koud biertje. Normaal houd ik niet van bier, maar ik had er nu zin in en vond dat ik het had verdiend. Ik was nu tenslotte een DEATH ROAD survivor (we kregen een t-shirt met deze tekst erop, alleen daarom zou je de tocht doen, haha).

De volgende dag was iets minder avontuurlijk, maar ook interessant. Een excursie naar de bergen van Chacaltaya en in de middag naar de Valley of the Moon. Vooral die laatste vond ik mooi om te zien. Een soort woestijnlandscap, met allerlei puntige rotsformaties en cactussen tussendoor. Aan het einde van de tour raakte ik trouwens in gesprek met Alvaro. Hij komt uit Colombia en is bezig met een fietstour door Zuid-Amerika en was al 8 maanden onderweg. Respect! (kom ik aan met mijn Death Road, haha). Die avond uit eten geweest. En omdat Alvaro al sinds dat hij op reis is geen pizza had gegeten, was het logisch dat we bij een pizzeria uitkwamen! Die ging er goed in..en de mojito´s daarna ook. Dus een beetje typsy terug naar het hostel, haha! De volgende dag kon ik er gelukkig toch goed uit en ging ik met het vliegtuig naar Sucre, waar ik een maand zou verblijven.

De eerste indruk van Sucre was goed, zeker vergeleken met La Paz. Niet al te groot. Mooie, witte gebouwen, gemoedelijk en redelijk schoon. Een mooie Plaza Major. Maar een stad krijgt natuurlijk ook charme door de mensen die je er ontmoet. Helaas bleek het het laagseizoen te zijn. Er waren dus niet veel andere studenten of vrijwilligers. Maar al met al, heb ik toch wel wat leuke en gezellige mensen ontmoet. Zoals Fabio, uit Zwitserland. Hij woonde in hetzelfde appartement als ik, alleen dan in het eerste gedeelte. Hij was er al een paar weken. Veel mee gelachen en aantal keer samen gekookt. Hij heeft me een beetje wegwijs gemaakt in Sucre en me aan andere mensen voorgesteld, net als Flurina, die ik op school ontmoette. Een jonge, enthousiaste meid, uit Liechtenstein.

Maar ondanks dit…..om eerlijk te zijn, vielen de de weken / dagen in Sucre niet altijd mee. Van te voren weet je dat bij zo´n reis als deze niet alle dagen leuk zullen zijn. Het hoort erbij, maar leuk is het niet. Vooral in de eerste week hier had ik last van mijn darmen. Dus dan kun je niet optimaal genieten (lekker eten of ergens op je gemakje ergens naartoe). Daarnaast was het vrijwilligerswerk in het weeshuis ook even wennen. De 1e week is even aftasten. Hoe zit de organisatie in elkaar, wat zijn de regels, hoe zijn de kinderen, welke activiteiten doen ze. Anderzijds us het voor de kinderen natuurlijk ook aftasten. Ze hebben me soms behoorlijk op de proef gesteld, kan ik jullie zeggen. Ze weten natuurlijk dat je nieuw bent en sommigen proberen je uit, kijken hoever ze kunnen gaan. Als je de taal niet helemaal beheerst, maakt date er niet altijd gemakkelijker op. Al moet ik zeggen dat sommige andere kinderen me ook konden helpen met de taal. Dan vroeg ik aan hen (wijzend op iets) ´En wat is dit, of hoe noem je dit. Welke kleur is dit?´ Een oefening voor henzelf en gelijk ook voor mij (tenminste als ze het goed zeiden natuurlijk). Het hielp ook dat ik in de 2e week een vrijwilligershandboek vond, ooit geschreven door een andere Nederlandse vrijwilligster. Daarin stond het reilen en zeilen beschreven en ook een aantal handige woorden om te gebruiken; Sientate (ga zitten), listo (klaar), basto (genoeg / schei uit) enz. Altijd handig. Ik heb ze dan ook vaak gebruikt (met of zonder succes) en ik zal ze nu ook niet snel vergeten. Mijn taken bestonden overigens uit het meehelpen met (speel)activiteiten, een oogje in het zeil houden, kinderen motiveren, terecht wijzen, helpen met handen wassen voor het eten (om 11 uur kregen ze lunch), helpen bij de toiletten, helpen met eten geven en opruimen, en met ze spelen en (´gewoon´) wat aandacht geven!

Over het algemeen is het weeshuis goed georganiseerd. Er zijn vaste tijden voor eten, slapen, opstaan e.d. Ook krijgen ze elke dag een vitamineshotje. Er is een dokter aanwezig (was ook handig voor mij, met mijn darmproblemen. Na het zien van mijn tong en wat voelen op mijn buik, kon ze vaststellen dat ik een bacterie had. Knap ;-), maar de medicijnen werkten wel enigszins).Ook lopen er fysiotherapeuten en verpleegkundigen rond en zijn er begeleiders bij de ´gezonde´ kinderen.

Maarrr.. in de middag (wat ik een paar dagen heb geprobeerd) is er toch weinig structuur. In mijn ogen dan. Dan zijn ook de oudere kinderen, die in de ochtend naar school gaan, aanwezig en ook een paar kleintjes en de kinderen van de ochtend (3 t/m 5 jaar). En dat alles bij elkaar. En niet in kleine groepjes, zoals in de ochtend wel gebeurd. Daarnaast lijken ze allemaal (of misschien juist door bovenstaande) nog drukker en soms vervelender dan in de ochtend. Veel gegil, gehuil en getrek. Daar werd ik maar onrustig van. En als ze dan ook nog gaan spugen. Dan is voor mij de maat vol. Ik wordt niet snel boos (zoals de meesten van jullie wel weten, haha), maar dat jongetje dat ging spugen, kon ik wel even achter het behang plakken. Sowieso was hij niet mijn favoriet of lieveling (want ja, eigenlijk moet je natuurlijk neutraal zijn, maar er zijn altijd kinderen waar je meer mee hebt, dan met een ander, dat is menselijk denk ik). Op een gegeven moment heb ik maar geprobeerd zo min mogelijk met hem te maken te hebben. Want luisteren naar mij, deed hij toch niet. En ik kwam tot de conclusie dat de ochtend voor mij beter werkte.

Het is trouwens wel opvallend dat de kinderen je al binnen een minuut mami noemen. Nu noemen mensen je hier (in Zuid-Amerika) al snel mami. Niet alleen kinderen, maar bijvoorbeeld op de markt hoor je het vaak. Maar dan vooral een jongere tegen een oudere persoon. Dat ze het tegen mij zeiden (en tegen alle vrijwilligers trouwens, tegen mannen zeggen ze papi natuurlijk), was wel even wennen. In de derde week merkte ik dat ik het reilen en zeilen wel een beetje door had. Ik heb een aantal x activiteiten voorgesteld / uitgevoerd. Waar ze me ook de ruimte voor gaven. Met wisselend succes. Het maakt het zoveel makkelijker als je de taal helemaal goed spreekt. Nu heb ik in Sucre wel een paar x gesprekjes gevoerd met locals. De ene dag lijkt het heel goed te gaan. En ook leuk als mensen je complimentjes geven, maar het volgende moment (bijv. Tijdens yogales, die ik hier ook heb gevolgd, heerlijk ontspannend), snapte ik bijna niks van wat er werd gezegd. Gelukkig was Flurina erbij en kon ik de bewegingen een beetje van haar afkijken ,-)

Uiteraard ook nog cultureel bezig geweest in en rond Sucre. Een aantal musea bezocht en met Delphine, een andere vrijwilligster uit het weeshuis, wat uitstapjes gemaakt. Eén daarvan was naar Potosi, een stad die bekend staat om zijn mijnen. Delphine deed in verband met claustrofobie een stadstour, en ik had mijn privé gids voor de mijnen. Ik kreeg eerst weer een leuke outfit aan (het lijkt hier soms wel een verkleedpartij). Daarna een kijkje genomen in een winkeltje waar ze allerlei benodigheden (bijv. Dynamiet) en eten en drinken voor de mijnwerkers verkopen. Uiteraard ook cocabladeren, die het zware werk in de mijnen wat dragelijker maken (cocabladeren in één wang en kauwen maar, dan komt er een bepaald stimulerend stofje vrij). Ik mocht het ook proberen. Maar dat is allemaal niks voor mij, dus snel weer uitgetufd. Wel nog wat gekocht, voor mijnwerkers die we onderweg tegen zouden komen. En ook wat voor Tio, die je bij binnenkomst in elke mijn ziet. Een groot zittend stenen beeld. Tussen zijn stenen lippen steken sigaretten en op zijn knieen staan flesjes drank en overal om heen en op hem liggen cocabladeren. Ook laat TIO een grote vorm van potentie zien, om het zo maar eens uit te drukken, haha. Dat geeft het machismo (of hoe noem je dat) weer. De mijnen zijn een plek voor mannen (uitgezonderd natuurlijk de vrouwelijke toeristen die de mijnen bezoeken ;-)) De reden voor al de andere zaken; de mijnwerkers consumeren deze zaken in grote hoeveelheden en die willen ze TIO (oom in het Spaans, verbasterd van het woord DIOS, God) niet onthouden. Dat wat de mijnwerkers door de zware dagen helpt, helpt Tio om hen te beschermen en laten zij daarom als geschenk achter.

Om ons ook wat bescherming te geven, hebben we ook wat cocabladeren over Tio heen gestrooid. En toen op pad. De mijnen zijn niet echt mooi. Natuurlijk zijn er veel mineralen te vinden, daar gaat het de mijnwerkers om. (de gids gaf nog een aantal losliggende stukjes mee). Maar deze excursie liet je vooral even voelen en ervaren hoe het leven van een mijnwerker eruit ziet, al is het maar voor een uurtje. Een paar x bedacht ik me welk hoe ongelooflijk het is. Maar dan ongelooflijk moeilijk om zo te moeten werken en leven. Slecht voor je rug, je ogen, je longen. Alles. Over het algemeen moest je een beetje bukken en oppassen waar je liep, maar met mijn lengte niet zo´n probleem. Dat was goed te doen. Maar toen we een mijnwerker tegenkwamen, besloten we ook nog even zijn route te volgen; een trap opklimmen, wat klauteren, smalle gangetjes, goed oppassen, ook met de modder. Ik geef het ze te doen. Na 1 uur ben je blij dat je het daglicht ziet en rechtop kan staan. Een apart en moeizaam bestaan.

Dan viel het in Sucre toch alles mee ;-) Ik had na die aantal weken ook een vaste martkvrouw in de Mercado Central gevonden, die me telkens al het lekkere en verse fruit liet proeven. Een goede verkoopster en het werkte. Dit fruit (en ook groenten) zien er een stuk beter uit dan in de supermarkt en is nog goedkoper ook. Daarnaast wist de man van de wasserette na ongeveer 2 weken ook mijn naam uit zijn hoofd. Dus het voelde toch allemaal wel een beetje vertrouwd aan. En voor de momenten dat ik me niet zo prettig voelde, waren daar gelukkig altijd nog de zebra´s om me op te vrolijken. Zebra´s, ja jullie lezen het goed. Maar niet in het wild, dan zou ik wel in een ander werelddeel zijn. Maar mensen in zebrapakken. Ik had ze al in La Paz gezien en was blij verrast ze ook in Sucre te zien. Ze helpen mensen (vooral kinderen en ouderen) tijdens de ochtend en avondspits met oversteken en zorgen dat de auto´s op tijd stoppen. De zebra´s zijn risicojongeren, bijvoorbeeld zonder werk of die ooit een verslaving hebben gehad. Met dit project ontvangen ze een fincanciele bijdrage en een zorgverzekering. Het mes snijdt dus aan twee kanten. Het is een vrolijk straatbeeld (sommige doen een dansje, of ze dragen een strikje, een bril of bandana, wat het een extra komisch effect geeft). Ze geven kinderen ook vaak een knuffel, maar zijn ook aardig voor volwassenen, ze zwaaien en begroeten je en zijn altijd bereid om op te foto te gaan (mits het verkeer dit toelaat natuurlijk). Een goed project. Ik ben fan!!

Trouwens op mijn laatste dag in het weeshuis, toevallig op 5 december, nog een beetje voor Sinterklaas kunnen spelen. Ik had geld ontvangen van Leonie en van Georgine (een Nederlandse vrouw, die ook in mijn appartement verbleef). Vriendinnen van haar hadden spullen en geld opgestuurd voor haar vrijwilligerswerk. Maar toen de pakketjes aankwamen, was Georgine alweer op weg naar Bali. En dus mocht ik het gebruiken voor het weeshuis. Een gedeelte heb ik aan Flurina gegeven, voor haar vrijwilligersproject. En met het geld heb ik samen met Lorena, één van de begeleidsters in het weeshuis, speelgoed gekocht voor de kinderen. Ze krijgen het met Kerst. Lorena en Hermana Clementina (of Mother nun, zoals ik haar noemde tegenover Fabio) bedankten me uitgebreid voor de cadeautjes en ook nog voor mijn vrijwilligerswerk. Lief! Met een goed gevoel dus afscheid genomen van het weeshuis, ook al was het niet helemaal mijn ding. Ik ben toch weer een ervaring rijker!

Oke...het is dus toch niet gelukt....het is weer een lang verhaal geworden. Maar ik ben nu in ieder geval helemaal bij en ik hoop dat jullie het weer met plezier hebben gelezen! Alvast voor iedereen fijne Kerstdagen. Raar om dat zo te zegggen, in een omgeving met veel zon. Tot de volgende blog!

Liefs Desirée

Machu Picchu y mucho mas!

Lieve allemaal,

Nu mijn 7e week hier in Zuid-Amerika is begonnen en ik ondertussen ook weer in een ander land ben aangekomen wordt het tijd voor een nieuw verhaal. De vorige keer schreef ik over de leuke activiteiten die nog op het programma stonden en daar zal ik jullie nog wat meer over vertellen;

Het eerste weekend in Cuszo heb ik een excursie gedaan in Cuszo en omgeving. Dit was via de school geregeld. Er waren nog wat andere studenten bij en voor de rest toeristen die we verder ook niet kenden. De gids sprak helaas niet goed Engels, dus ik heb helaas niet alles goed kunnen volgen. Jammer, want het maakt altijd een stuk interessanter als je weet waar je naar kijkt. Gelukkig heb ik later nog het een en ander opgezocht, zodat ik jullie nu ook kan laten weten wat ik heb gezien. De kathedraal op Plaza del Armas bezochten we als eerste, maar vond ik eerlijk gezegd niet zo boeiend. De Coricancha (oorspronkelijk Inti tempel = Tempel van de Zon) was wel interessant. Het was voorheen de belangrijkste tempel binnen het Incarijk, gewijd aan Inti, de god van de zon. De muren en vloeren waren ooit bedekt met goud en de binnenplaats was gevuld met gouden beelden. Vandaag de dag is daar echter (helaas) niks meer van te zien; Al het goud werd tijdens de Spaanse overheersing ingevorderd, zodat de Inca's de borg konden betalen voor hun leider Atahualpa. Op de plek van de tempel werd een kerk gebouwd, die vele aardbevingen heeft moeten doorstaan. Maar door de kolossale blokken, is alles redelijk goed blijven staan.

Die kolossale blokken / muren zagen we ook bij de volgende plaats; Sacsayhuaman (of door toeristen ook wel Sexy Woman genoemd ;-)), in het Quechua betekent het; Doorvoede Valk. Het is een archeologische plek, en ligt op 3500 meter boven zeeniveau. Vanaf deze plek heb je een mooi uitzicht over de stad Cuzco. In Sacsayhuaman kun je nog goed zien hoe de Inca´s hun bouwwwerken nu precies bestand maakten tegen aardbevingen, namelijk door de stenen perfect op elkaar aan te laten sluiten en door de zijkanten van ondergelegen stenen nooit precies in het midden van daarboven gelegen stenen te laten uitkomen. Tussen de 20.000 en 30.000 mankrachten hebben er waarschijnlijk meer dan 60 jaar aan gewerkt, maar dan heb je ook wat

Later zijn we ook nog naar de ruines van Q´engo en Tambomachay geweest. Al deze plaatsen en nog wat musea in Cuszo centrum kun je bezoeken met het Boleto Turistico del Cuszo. Dit ticket is echter maar 10 dagen geldig, dus de daarop volgende week heb ik een cultureel weekje gehad met bezoek aan musea. De één interessanter dan de ander.

Op zondag gingen we onder andere naar de Heilige Vallei in Pisac en de ruines van Ollantaytambo bezocht. Helaas hadden we dezelfde gids als de dag ervoor. Aan het einde van de dag hebben we het plaatstje Chinchero bezocht, specifieker een weverij die gerund wordt door een aantal vrouwen. Hier kregen we een demonstratie van hoe wol wordt gewassen, gekleurd en geweven. Een beetje toeristisch, maar de dames waren erg gastvrij (ook wel met de reden natuurlijk dat je achteraf wat van hen koopt). En dat heb ik dan ook gedaan; een sjaal van alpacawol, waar ik erg blij mee ben!

Het weekend erop ben ik ook weer op excursie geweest, deze keer met Leonie en Valentina, naar Moray. Erg interessant! Met een gids die ik goed kon verstaan.In Moray zijn oude landbouwterrassen te vinden. Ze zien er bijzonder uit en als je niet zou weten wat het is, zou je denken dat het graancirkels zijn, gemaakt door aliens ;-) het zijn 7 grote cirkels (7 is een heilig getal voor de Inca´s). Een knap bedacht systeem. De terrassen zijn een afspiegeling van de klimaten in Peru, zoals de voorkomen in sierra (de Andes), selva (de Jungle) en de costa (de kust). Op deze manier kunnen allerlei soorten gewassen, groenten, fruit, graansoorten, aardappelen enz verbouwd worden.

Na Moray zijn we naar de Salineras (zoutvlaktes) gereden. Een apart en ook mooi gezicht. Op een redelijk groot oppervlakte zijn verschillende zoutbaden te vinden (opgedeeld in ongelijke stukken). Elk bad behoort tot een familie, die het zout gebruiken om producten mee te maken (scrub, of om mais te zouten, kunstwerken enz.). Na de excursie zijn Leonie, Valentina en ik uit eten geweest in Cuszo en hebben we nog wat rondgelopen in de stad. We zagen nog een processie voorbij komen. Er waren mannen die met het beeld van een heilige + toebehoren rondliepen en vrouwen met kaarsen en wierook erachter. Mensen in de stoet als het publiek waren erg serieus en zelfs emotioneel. Het geeft maar weer eens aan dat het geloof hier een belangrijk onderdeel van het leven vormt. Regelmatig hoor je hier ook vuurwerkknallen. Dan is het de dag van een bepaalde heilige die wordt ge-eerd.

De dag erop zijn we met een paar andere meiden een dagje weg geweest, naar Tipon. We zijn er met een lokale stadsbus naartoe gegaan, wat al een uitje op zich was, met alle mensen die in en uitstappen en alle dingen die ze soms bij hebben. In ieder geval nam ik sinds die tijd ook vaker de bus, want het is toch weer goedkoper dan een taxi, krent die ik ben.

En telkens moest ik weer in mezelf lachen om het systeem van de bussen in Cuszo. Je staat te wachten op de bus. Soms staan de bestemmingen op de bussen zelf, maar meestal springt er iemand uit, vaak een puberjongen of -meisje, die in razendsnel tempo alle bestemmingen opnoemt (vaak vroeg ik dan nog voor de zekerheid; Limapampa Grande? het adres van de school), als dat inderdaad één van de bestemmingen was, dan snel gaan zitten of je vasthouden, voordat de bus weer verder gaat. Je betaalt vervolgens 70 cent aan de jongeman of dame, voordat je uitstapt. Bij de halte roepen ze ook weer heel snel en bijna hysterisch; bago, bago, bago… wat van het werkwoord bagar komt en naar beneden gaan / uitstappen betekent.

Maar verder met Tipon. Het stadje zelf was erg verlaten. Maar daar kwamen we dan ook niet voor. Boven in de bergen waren Inca ruines te vinden (ja, alweer ;-)). Ook landbouwterrassen, maar bij deze was het wel opvallend dat het irrigatiesysteem nog werkt. Dus zag je stromend water door de kleine kanalen lopen. We zijn met een taxi naar boven gegaan. 6 meiden en 1 chauffeur. Een beetje krap, maar daardoor wel komisch. We hebben die middag veel gelopen, van het uitzicht genoten en gezellig gekletst. Een leuke dag en met meer vrijheid dan wanneer je met een tour op stap gaat.

En toen het weekend van 25 en 26 oktober. Dat stond in het teken van Machu Picchu!!! Deze oude verborgen Inca stad stond natuurlijk op mijn to-do lijstje van Peru. Samen met Valentina en het koppel Katy (uit Engeland) en Gregor (uit Frankrijk) heb ik deze bijzondere plaats bezocht. Op zaterdag zijn we met de trein vanaf Ollantaytambo, wat op ongeveer anderhalf uur rijden van Cuszo ligt, naar Aguas Calientes gegaan met de Inca Rail. Een leuke treinrit, met onderweg een lekkere fruitcocktail! Aguas Calientes staat bekend om, zoals de naam het al zegt, de warmwaterbaden. Hier hebben we in de middag dan ook een bezoek aan gebracht. Eerlijk gezegd zag het water er niet al te fris uit, maar soms moet je er niet teveel bij nadenken. En zo zaten wij dus heerlijk ontspannen in die baden, tussen de bergen, terwijl de regen naar beneden kwam. Toen we rimpelvingers kregen en ondertussen ook wel honger hadden gekregen, was het tijd om weer te gaan. Gezellig uiteten geweest, met altijd weer die Jenga, die op de tafel stond (dat vinden de Peruanen wel leuk om te spelen volgens mij). En daarna niet te laat naar bed, want de volgende dag zouden we om 6.30 de bus naar Machu Picchu nemen!

Even wat achtergrondinformatie voor de geinteresseerden

Wink

Machu Picchu is dus een stad van de Inca´s die nooit door de Spanjaarden is ontdekt en daardoor ook niet vernietigd werd. De stad is gelegen tussen steile bergen, op een hoogte van ongeveer 2400 meter. De inca´s bereikten de stad via een steil pad. De voettocht duurde meerdere dagen en de stad was moeilijk bereikbaar. Tegenwoordig is het dus ook mogelijk om MaPi (zoals de stad ook wel wordt afgekort) per trein en bus te bereiken, zoals de ´luie´ toerist, zoals ik dus doet. Alhoewel lui, ik zet het tussen aanhalingstekens, omdat we deze dag toch behoorlijk sportief zijn geweest, maar daar later meer over. MaPi ligt ingesloten tussen twee steilen pieken: de Machu Picchu (letterlijk Oude Berg in het Quechua) en de Huayna Picchu (Jonge berg in het Quechua). Deze laatste berg zullen de meeste van jullie kennen van gezicht, omdat je deze altijd op foto´s ziet van Mapi.

Over de functie van de stad bestaat vandaag de dag nog steeds onduidelijkheid. Omdat de stad zo ontoegankelijk was, wordt aangenomen dat de stad geen doorsneefunctie had. Sommige denken dat MaPi een buitenverblijf was voor koningen andere hooggeplaatsten. Er konden rond de 750 personen in de stad verblijven. Volgens anderen zou de stad een fort zijn geweest, ter verdediging van het Inca-rijk. Maar niet iedereen is het met deze verklaring eens, omdat de ligging van de stad het niet aannemelijk maakt dat van daaruit het Inca rijk werd verdedigd. Volgens een andere theorie zou MaPi vooral bedoeld zijn voor het verzamelen van coca-bladeren, omdat het op een punt ligt vanwaaruit veel plantages bereikbaar waren. Maar ook na de Spaanse verovering bleef coca een belangrijke rol spelen in het gebied, zodat door deze theorie niet verklaard wordt dat de stad verlaten werd.

Doordat er nog een onduidelijkheid is over Mapi heeft het denk ik zo´n aantrekkingskracht op mensen. De UNESCO vreest dat het grote aantal bezoekers de satd verder zal beschadigen. Wie weet is het over een aantal jaar dus niet meer mogelijk om de stad te bezoeken of alleen vanaf verte te zien. Blij dat ik dus wel de kans heb gehad om MaPi te bezoeken. Het was trouwens wel anders dan ik had verwacht, maar het voelde op de één of andere manier toch vertrouwd aan (misschien ben ik in mijn vorige leven wel een Inca geweest, haha). Nadat we eerst op eigen gelegenheid wat hebben kunnen rondkijken, was het om 8.00 tijd voor een 2 uur durende tour, waar we veel interessante informatie kregen en alles nog meer ging leven. Wat ik wel leuk vond om te horen; als je een foto van MaPi, met de bergen, in plaats van horizontal, verticaal houdt, dan zie je een gezicht, en profil. En op een bepaalde plaats heb je uitzicht over de de Huayna Pichhu, en daarvoor staat een gesteente, dat precies dezelfde vorm heeft. En zo zijn er nog meer van die kleine dingen, waar je, je over kunt verbazen en je afvraagt is het toeval of niet en een teken van de Inca´s.

Na de tour besloten Valentina en ik de Machu Picchu berg te beklimmen. Nou dat hebben we geweten. We begonnen om 11.00 uur en om 13.00 waren we op de top. Net op tijd, want eigenlijk moet iedereen om 12.30 weer naar beneden. Gelukkig hebben we toch nog even van het uitzicht kunnen genieten en foto´s kunnen maken. Sommige gedeeltes op de weg er naartoe waren zo steil, dat we na een paar tredes alweer op adem moesten komen. We hebben heel wat pauzes gemaakt, maar het is toch goed om naar je lichaam te luisteren. Alleen werkt het niet zo motiverend voor de geest als er aan het begin door andere bezoekers wordt gezegd (op de weg terug); vanaf hier is het nog een uur lopen. En een uur later zeggen weer andere bezoekers; vanaf hier is het nog een uur lopen. Whah, er leek geen eind aan te komen. Maar we hebben doorgezet. En wat waren we trots op onszelf! We did it!

De weg terug was stiekem ook nog een uur, maar ging wel een stuk gemakkelijker. Toen we beneden kwamen was het niet meer zo druk, dus konden we nog goed foto´s maken op het bekende platform, met een helder zonnetje op de achtergrond. Wat fijn! En ook nog stiekem wat springfoto´s. Daarna toch maar met de bus terug naar Aguas Calientes en daarna weer met de trein, waar we Katy en Gregor weer ontmoetten. Een was een geslaagd weekend met als letterlijk en figuurlijk hoogtepunt het beklimmen en behalen van de top van de berg!

De weekenden waren voor excursies, maar de weken stonden natuurlijk in het teken van de Spaanse lessen. De tweede week had ik les van Marco. Met zijn stopwoordje: jajajajaja. Wat betekent; oké, oké, oké. Deze week had ik les met Leonie, Craig (uit Engeland) en Valentina (uit Italië). Veel nieuwe (wederkerende) werkwoorden geleerd, een begin gemaakt met de verleden tijd. En vooral veel oefenen, oefenen met die werkwoorden. Zo kregen we kaartjes te zien met een werkwoord en dan moesten we dat werkwoord vervoegen.

En de week erop had ik les van Beatriz, aardig maar een beetje serieus. Les samen met Valentina en Sarah (ook uit Zwitserland). Veel informatie tijdens de lessen, die ik soms maar met moeite kon verwerken. Ik snapte het wel. Maar de kunst is om het in je hoofd te houden. We hebben oefeningen met liedjes gedaan, waarin die leuke werkwoorden natuurlijk terugkwamen en een oefening met Pixar filmpjes, die we moesten beschrijven, nadat we ze hadden gezien. Ook rollenspellen, tegenstellingen, woorden (en gebruik van) bijvoorbeeld alguna, ninguna, nunca etc. kwamen aan bod.

Naast de lessen en de culturele bezoekjes, in verband met die bezienswaardigheden op het Boleto, heb ik met een aantal meiden ook nog een beauty middagje gedaan. Een massage van top tot teen. Het kostte niet veel en met al dat lopen en al die nieuwe indrukken hier, moet je jezelf toch af en toe verwennnen J en ook chocolade speelde een rol in deze wekenJ In Cuszo zit namelijk het Cacao museo (ook erg cultureel, haha) en bijbehorende café, waar je zelf chocolademelk kunt maken. Je kunt zelf de ingrediënten toevoegen, zoals chilipeper of kruidnagel. Ook zijn we gezwicht voor de chocolade fondue! Pedro, die werkt in het café van het museum, nodigde ons uit voor een rondleiding op de San Pedro markt (toepasselijk met zijn naam). Omdat het onder lestijd was, ging Beatriz ook mee. Leuk om deze markt met locals te bezoeken en uitleg te krijgen en al die verschillende groentes (zoveel verschillende soorten aardappelen) en fruit en allerlei andere interessante dingen, zoals offerpakketten voor de dia del Muerte.

De vierde en laatste week school had ik gelukkig weer les van Luz, waar ik ook de eerste week les van had gehad. Het Spaans was nog steeds moeilijk, maar de lessen gelukkig een stuk gezelliger en grappiger. Leonie was deze (halve) week ziek en moest zelfs naar een kliniek (op aanraden van onze gastmoeder). In eigen land zou je gewoon even goed uitzieken en op bed blijven liggen, maar hier nemen ze liever geen risico. Stel dat er iets gebeurd, dan voelt Martha zich misschien toch verantwoordelijk, als gastmoeder. Gelukkig was het een privékliniek en dus konden we op een avond, nadat we hadden zelf hadden gekookt (quinoa en als bijgerecht guacamole en nachos) met 5 meiden een bezoek brengen aan Leonie, nog tot ´s avonds laat. Gelukkig was Leonie na 1 nachtje kliniek weer thuis. Naast het koken hebben we ook nog wat bezoekjes gebracht aan onze favoriete creperie in Mariscal Gamarra (de wijk waar de meeste studenten wonen), aan Inkateam voor een salsadansje en trof ik alvast voorbereidingen voor de rest van mijn reis.

In één van de reacties op mijn vorige blog was de vraag of Léonie en Nico ook meereizen naar het volgende land: het antwoord is helaas nee. Nico is een wereldreis aan het maken en bleef dus maar even in Cuszo en Leonie blijft juist voor een langere periode in Cuszo. Reizen staat soms ook in het teken van afscheid nemen. En dat was voor mij dus het geval deze laatste week in Cuszo (de weken waren echt voorbij gevlogen, een goed teken opzich). Tegenstrijdige gevoelens, omdat je afscheid neemt van mensen waar je de afgelopen tijd mee bent opgetrokken en in korte tijd een vriendschap mee hebt opbouwd. Ik was me gedurende deze maand in Cuszo aardig thuis gaan voelen. Bijzonder dat je dat in een maand tijd kunt opbouwen. Ik voelde me geen toerist meer. Al werd ik vast door al die straatverkopers in het centrum nog wel zo gezien. Aan de andere kant was ik ook weer nieuwsgierig geworden naar al die andere plaatsen die Zuid- Amerika nog meer te bieden heeft.

Dat ik me thuis was gaan voelen heb ik onder ander ook verteld in mijn speech, op mijn laatste schooldag. En dat in het Spaans, jaja. Ik was wel een beetje nerveus. Maar het ging gelukkig goed. Ik heb mijn certificaat ontvangen en we hebben ook nog leuke foto´s gemaakt met de docenten en andere studenten. Ook heb ik Luz nog een cadeautje gegeven. Dit was eigenlijk bedoeld voor de dochter in het gastgezin. Maar aangezien ik haar nooit heb gezien, besloot ik de Blond Amsterdam mok met Krabbedrop aan Luz te geven, waar ze erg blij mee was.

Ook Martha kreeg wat cadeautjes, met typisch Bergse afbeeldingen (waxinelichthouder met een krab en een vingerhoedje (omdat ze coupeuse is) met het wapen van Bergen op Zoom erop). Benieuwd of ze het gaat gebruiken. Na het afscheid van de docenten en directie (erg fijne school!!), Martha en mijn maatje Leonie en alle andere leuke mensen die ik hier had ontmoet, was het tijd voor een nieuw avontuur. Nog niet gelijk in Bolivia, maar eerst nog naar het Titicacameer. Valentina ging ook nog mee. Wel fijn, want dat was het afscheid van de leuke tijd in Cuszo toch nog niet zo definitief, haha! Over de avonturen daarna (die ik al voor een gedeelte heb beleefd, ja ik heb soms het idee dat ik wat achter de feiten loop, maar goed), natuurlijk weer meer in mijn volgende blog!

En nogmaals dank voor de reacties. Ik kan misschien niet op alles persoonlijk reageren, maar ik lees wel alles! ;-) Ik hoop dat met jullie ook alles goed gaat. Misschien zijn jullie al voorbereidingen aan het treffen voor Sinterklaas, al dan niet met zwart Piet ;-) ?

Besos, Desirée

De verschillende gezichten van Lima en Cuszo!

Hola todas,

Ten eerste bedankt voor jullie leuke reacties op mijn vorige blog. Leuk om te lezen, hier aan de andere kant van de wereld! Ik zal jullie alvast voorbereiden: dit wordt een lang verhaal, dus als jullie eerst nog andere belangrijke dingen moeten doen, doe dat eerst, haha. Voor een gedeelte heb ik deze blog geschreven op mijn school; Academia de Latinoamericana - op de ietwat trage en steeds vastlopende computer - vandaar dat deze blog ook even op zich liet wachten. Zodadelijk meer over de school. Maar zoals beloofd zou ik ook nog wat vertellen over de eerste dagen hier in Peru, in Lima en mijn vertrek, alweer tweeenhalve week geleden.

Ik vloog 30 september, om 18.15 vanaf Amsterdam. Eerst naar Madrid en vanaf daar door naar Lima. Het afscheid op Schiphol viel gelukkig, met een paar kleine traantjes hier en daar, reuze mee! Ik had nog steeds niet het gevoel dat ik voor een half jaar weg zou gaan. Gek eigenlijk. De beiden vluchten gingen goed, zonder turbulentie. Het lukte me helaas toch niet om te slapen, ondanks de yogamuziek die ik had opgezet. Dus ik kwam redelijk gaar en moe aan in Lima. Het geheim van mensen die na een lange vlucht fris en fruitig uit het vliegtuig stappen moet ik duidelijk nog ontdekkenn, haha! Overigens toen we Lima bijna naderden kwam daar dan toch het zenuwachtige gevoel: oké, ik ga hier voor best een lange tijd blijven, kan ik dat wel? Wil ik dat wel? Op zich heel logisch denk ik en dat gevoel en die vragen zijn langzaamaan weer weg gezakt.

Nadat de eerste stempel van Zuid-Amerika in mijn paspoort een feit was, mijn backpack gelukkig op de bagageband voorbij kwam en ik nog een extra controlecheck kreeg, zag ik mijn naam op een bordje,van iemand van het hostel. Toch erg fijn dat je in een onbekend land je naam ziet en even niet hoeft na te denken hoe je naar het hostel komt. Ik kreeg gelijk een eerste kennismaking met Lima, namelijk in de vorm van het verkeer. Het was lekker chaotisch, ook al was het nog maar 6 uur in de morgen. Rijbanen worden niet gebruikt, zoals wij gewend zijn en iedereen lijkt op dezelfde plaats op de weg toe te rijden. Er wordt geen richting aangegeven, juist wel veel getoeterd en geremd. Ik zag iemand achterin een busje een schietgebedje doen en vroeg me af, doet ze dat omdat ze zo katholiek is of ze het verkeer vreest ;-) Ik moest stiekem wel in mezelf lachen: Welkom in Zuid-Amerika!

De volgende dag, na een goed ontbijt, was het tijd voor een verdere kennismaking met Lima. Met een taxi ben ik naar het centrum gegaan, naar Plaza del Armas (zoals de hoofdpleinen in Zuid-Amerika meestal heten). Ik begon met een bezoek aan de Franciscanerkerk. Later heb ik ook nog het bijbehorende klooster, bibliotheek (met boeken van de 15e tot de 18e eeuw, de oude geur kwam je tegemoet) en catacomben bezocht met een gids. In de catacomben liggen ongeveer 70.000 lichamen, van monniken en van mensen die geld genoeg hadden om onder hun heilige (in de bovengelegen kerk) begraven te kunnen worden. Door ruimtegebrek hebben ze later alles geordend per bot. Op een bepaalde manier nog best kunstzinnig. Het was een interessante tour.

Na afloop van de tour heb ik aan een Ierse dame, die ook de tour deed, gevraagd of ze zin had om samen een hapje te eten. Dat vond ze een goed idee. En zo was daar de eerste kennismaking met het Peruaanse eten. Niet slecht. Na het eten afscheid genomen van Hazel en nog wat rondgelopen rond Plaza del Armas met o.a. het presidenteel paleis, stadhuis en kathedraal. Het plein zelf zag er vrolijk uit door een kunstproject met kunststof bomen die in allerlei bonte kleuren waren geschilderd. Dat geeft de stad toch een beetje kleur, aangezien het over algemeen vrij grauw is door de bewolking en smog die over de stad hangt. Dat is ook de reden dat veel huizen in Lima in een felle, vrolijke kleur zijn geschilderd.

De volgende dag ben ik met twee Nederlandse meiden, die ook in het hostel verbleven, naar de wijk Miraflores gegaan. Een bekende wijk in Lima. Wat een wereld van verschil; andere wegen en straten, bijna geen straatverkopers of kraampjes op de straat, hoge en moderne gebouwen. Heel westers, ook de mensen. Deze wijk ligt aan de kust, dus daar hebben we even een kijkje genomen. Nu kwamen we erachter waar de sportievelingen van Lima zich bevinden. Daar dus, tussen de sportapparaten of hardlopend op de mooie aangelegde paden of op de tennisbanen. Wij waren ondertussen ook sportief bezig met al dat geloop, dus na een bezoek aan Huaca Pucllana, een uit kleisteen bestaande pre-Inca tempel (om precies te zijn ;-)), was het tijd om wat te gaan eten. Dat hebben we gedaan in een andere wijk, Barranco, die bekend staat om zijn koloniale huizen en oude auto's. Er heerste een leuke sfeer in deze wijk. Ook hebben we geoefend op onze skills om een taxi aan te houden voor een goede prijs. Een spel op zich, maar wel grappig. Als de ene taxi niet bevalt qua prijs (en ze kosten hier bijna niks), rijdt er zo weer een andere voorbij. We sloten de dag af met een Pisco Sour (de nationale drank van Peru). Die maakte me wel een beetje licht in mijn hoofd, vast nog door de vermoeidheid, haha. Dus daarna overgestapt op Inka Cola, ook typisch Peruaans, maar wel mierzoet. Het was in ieder geval een gezellige dag en avond!

De dag daarop heb ik nog een andere wijk bezocht om mijn bezoek aan Lima compleet te maken (uiteraard niet alles gezien, maar je moet toch keuzes maken). Dat was de wijk San Isidro, het financiele centrum van de stad en de rijkere buurt, waar veel ambassades en grote hotelketens te vinden zijn. Ik waande me eerder in een stad in de Verenigde Staten, dan in Zuid-Amerika. Van te voren had ik niet veel verwachtingen van Lima. Veel mensen raden de stad niet aan, omdat het er vies is en niet echt gemoedelijk. Toch ben ik blij dat ik er ben geweest en het met eigen ogen heb gezien. 4 dagen waren precies genoeg. Nu was het tijd voor het volgende avontuur. Ondertussen was ik erg benieuwd geworden naar mijn volgende bestemming, mijn gastgezin en de taallessen. Tijd dus om het vliegtuig te nemen naar de oude hoofstad van het Incarijk; Cuszo!

Aangekomen in Cuszo stond Martha, mijn gastmoeder, me met een bordje met mijn naam op te wachten. In de taxi naar het appartement hebben we al een beetje Spaans gepraat. Martha dacht dat ik uit Brazilie kwam, maar helaas zo exotisch ben ik niet, haha. In het appartement (dat er redelijk uitziet, het kan schoner), hebben we thee gedronken en wat afspraken gemaakt. Daarna moest ik verplicht wat rusten. Cuszo ligt namelijk vrij hoog en de kans op hoogteziekte (hoofdpijn e.d.) is dus aanwezig. Ik had er gelukkig geen last van, maar wat rusten kan natuurlijk nooit kwaad. Ik had trouwens verwacht de kinderen van Martha ook thuis te zien. Maar zij studeren in Lima en komen dus niet zomaar een weekend over. Dat viel wel even tegen, omdat ik had verwacht dat zij thuis zouden wonen en ik met hen zou kunnen optrekken. De man van Martha heb ik ook nog niet gezien. Hij is voor zijn werk veel buiten Cuszo te vinden. Na het verplichte dutje en de lunch, hier de hoofdmaaltijd en dus warm, heeft Martha mij de school ( op ongeveer 20 minuten lopen) en Plaza del Armas (5 minuten verder) laten zien. Goed voor de conditie en de gezondheid, alhoewel het verkeer hier nu dan weer niet zo gezond is, aangezien de bussen hier enorme uitlaatgassen hebben als ze optrekken.

Na de korte rondleiding, liet Martha mij op eigen gelegenheid in het centrum rondstruinen. Even wennen. Maar ik kon gelijk al wel zien dat deze stad mij zou bevallen. Wat een verschil weer met Lima; Heel gemoedelijk, kleine smalle straatjes, met kinderkopjes, mooie oude gebouwen, vrouwen met lange vlechten, gekleurde kleden op hun rug (met baby of etenswaar erin ;-)), maar ook moderne mensen, veel restaurants en andere leuke eettentjes of barretjes. Die middag heb ik een beetje rondgelopen, mensen gekeken en ergens wat gedronken. Helaas begon het aan het einde van de middag heel hard te regenen. Het leek Nederland wel. En aangezien ik de combinatie van open schoenen, gladde tegels en regen niet echt een goede vond, heb ik een taxi terug naar het appartement genomen.

`Thuis` was het niet zo gezellig. Martha lag tv te kijken op de bank met een dekentje over haar heen, in het donker. Ze had hoofdpijn. Het leek me een beetje raar om daar naast te zitten. Ik voelde me bezwaard waneer ik iets vroeg, want dan moest ze vanonder haar dekentje komen. Maar het leek me logisch dat ik nog wat vragen had en niet gelijk alles begreep in het Spaans. Ik voelde me nog niet echt thuis en het scheelde natuurlijk ook dat ik op dat moment nog geen andere mensen kende. Gelukkig veranderde dat na het weekend!

Die maandag had ik mijn eerste schooldag. Weer terug naar de schoolbanken en kennismaking met de mensen daar, dus ik was wel wat nerveus. Maar het ging gelukkig heel goed. Op de patio kennis gemaakt met andere studenten en al wat mee gekletst. Daarna moest ik een test maken om mijn niveau van Spaans te bepalen. Dat ging goed en na een test ingevuld te hebben, kreeg ik er nog een. Maar zodra het over verleden tijd en onregelmatige werkwoorden ging, werd het toch wat moeilijker. Na de test moest ik ook nog een gesprekje voeren. En toen was het even afwachten. Ondertussen kreeg ik van Leonie, een studente uit Zwitserland, te horen dat zij me zou vergezellen in mijn gastgezin, gezellig!

Daarna was het tijd voor de orientatie van de school, samen met andere nieuwe studenten en vrijwilligers. Het was interessant en ook grappig. We kregen van de directrice van de school dingen te horen over de Cuszo, over pinnen, telefoneren, taxi's, waar beter niet naartoe te gaan in de nacht, waar moet je voor oppassen, maar ook de normen en waarden binnen je gastgezin en de school enz. Na afloop kregen we ook nog een korte rondleiding door het centrum. De mensen van de school zijn allemaal erg aardig en behulpzaam. Zij zijn het aanspreekpunt voor alles wat te maken heeft met de school, vrijwilligerswerk en je gastgezin!

Na alle officiele zaken, was het daarna tijd voor de echte lessen. Vorige week had ik die in de middag, van 14.20 tot 18.30, met een half uur pauze. Ik had les met Leonie en met Nico uit Nederland. En onze docente was Luz. We hebben erg gelachen! Het was erg leerzaam en leuk. En al pratende leren we ook veel over de cultuur van Peru en Cuszo. Ook hebben we bijvoorbeeld Jenga gespeeld; we moesten vervoegingen van werkwoorden noemen en als we het fout hadden moesten we blokjes uit de toren halen en als de toren viel, onze zelfbedachte straffen uitvoeren, zoals een liedje zingen! Op die manier was de les niet saai, maar dat kwam misschien ook omdat we vlak daarvoor een workshop 'Pisco Sour maken' hadden gevolgd en niet meer zo helder konden nadenken, haha!

Op woensdag hadden we trouwens geen les, omdat het een nationale feestdag was. Leonie en ik hebben toen de Free Luxury Walking Tour gedaan. Dat was leuk en interessant en ging een beetje van de gepaande paden af, dus niet langs de standaard bezienswaardigheden. Zo zijn we vanaf het centrum naar boven gelopen, door smalle straatjes met uitzicht over de stad en kregen we uitleg over de cultuur van de Inka's, hoe die in deze tijd nog wordt toegepast, maar het ging ook over de muziekcultuur van Peru, we gingen langs een klein muziekwinkeltje en kregen daar een demonstratie van muziekinstrumenten en uitleg over hoe deze gemaakt werden. Ook kwamen de Inkamuren /stenen die je nog overal in de stad tegenkomt aan bod. Ook hebben we een kapel in een 5-sterren hotel bezocht en hebben we in een restaurant alpacavlees geproefd.

Ondertussen ben ik alweer een week verder; meer Spaans geleerd (wat overigens steeds moeilijker wordt), heb ik afgelopen weekend excursies gedaan (daar zal ik de volgende keer over vertellen), nieuwe mensen en Cuszo zelf en het leven hier leren kennen. En ik heb afgelopen week voor het eerst hier salsa gedanst (wat ik net als in Nederland helemaal leuk vind!! ;-)) Al met al begin ik hier nu wel mijn draai te vinden merk ik wel. Ik kan het erg goed vinden met Leonie, wat toch erg fijn is in een stad waar alles en iedereen nieuw is. En ook belangrijk, omdat we huisgenoten zijn, konden we afgeloppen weken ook samen een beetje 'klagen' over onze gastmoeder (Nico moest het soms wel ontgelden, haha). Een gastgezin is voor ons beiden nieuw en ondanks de instructies vooraf is het toch wennen en weet je niet altijd wat je wel en niet kan verwachten. Daarnaast speelt natuurlijk ook nog de taalbarriere een rol. We hebben gesproken met de directrice van de school, omdat we een aantal dingen niet snapten. Zo mochten we namelijk niet de ramen van onze kamers openzetten, omdat er anders spinnen binnen zouden komen, nu heb ik hier nog geen enkel insect gezien en ik vind het toch erg fijn als ik mijn kamer kan luchten, daarnaast vraagt ze bijvoorbeeld niet naar onze levens in eigen land / stad of naar familie en vrienden. Sommige dingen waren miscommunicatie en anderen dingen zijn nu eenmaal zoals ze zijn. Als ik het zo bekijk kan ik het hier qua gastmoeder wel volhouden. En we zien voor sommige dingen ook wel de hunmor in. Voor de rest staan er nog veel dingen op de planning voor de 2 weken hier in Cuszo waar ik erg veel zin in heb en waar ik jullie uiteraard de volgende blog van op de hoogte zal brengen! Ik zal de volgende keer ook proberen wat foto's toe te voegen!

Tot horens!!!

Liefs Desirée

Het avontuur is begonnen!

Hola todas,

Hier dan mijn eerste blog vanuit Zuid-Amerika, Peru!

Smile
Whah, het is nog steeds een beetje onwerkelijk, maar ik ben er toch echt, om precies te zijn in Lima, de hoofstad van Peru. Hier verblijf ik een paar dagen als toerist, in hostel Casa Ana, om vervolgens door te gaan naar Cuszo, waar ik de komende maand zal verblijven bij mijn gastgezin en taallessen ga volgen.

Zelfs tot gisterochtend had ik nog steeds niet het gevoel dat ik bijna op het punt stond om voor een half jaar weg te gaan. Ik was nog redelijk rustig, en dat verbaasde me wel. De afgelopen week was ik met vlagen zenuwachtig geweest, dus ik dacht; op de dag van vertrek zal het wel helemaal erg zijn. Maar gelukkig niet. Het scheelde misschien dat mijn backpack stond ingepakt en alles wat eerder op mijn to-lijst had gestaan was afgevinkt

Wink

En er had de afgelopen tijd behoorlijk wat op die lijst gestaan. De afgelopen weken heb ik me dan ook niet hoeven vervelen. Soms had ik aan voorbereidingen een hele dagtaak. Maar zo begint dan ook al de voorpret en....een goede voorbereiding is het halve werk.

Nadat ik me had laten informeren door Travel Active (de organisatie die de taallessen en het vrijwilligerswerk en alles daar omheen regelt) en een keuze had gemaakt voor de landen en het soort vrijwilligerswerk dat ik wilde gaan doen, moest ik een vragenlijst invullen, in het Spaans of het Engels. Aangezien mijn Spaans nu nog niet zo goed is, heb ik toch maar gekozen om dit in het Engels te doen. De vragen gingen over het vrijwilligerswerk: hoe ging ik me daar op voorbereiden, wat voor problemen zou ik tegen kunnen komen en hoe ga ik daar dan mee om. Wat voor werkzaamheden wilde ik doen en welke juist niet? Maar er werden ook veel vragen gesteld om te kijken of je, je bewust was van bepaalde dingen en hoe je hier mee om zou gaan, zoals de geografische ligging (over het algemeen vrij hoog, zowel in Peru als in Bolivia, dus de kans op hoogteziekte is aanwezig), de cultuurshock en het feit dat vrijwilligerswerk geen standaard werk is en dat het soms anders kan lopen dan je zou denken.

Nadat ik me bewust was van al deze zaken, mocht ik ook nog aangeven wat mijn niveau van Spaans is op dit moment en ook nog mijn CV opsturen. Al met al was ik hier dus wel wat uurtjes mee zoet. Maar het gaf me ook een fijn gevoel; je weet dat de organisaties, zowel Travel Active, als de partnerorganisaties in Zuid-Amerika professioneel bezig zijn. Na een aantal weken kreeg ik bericht dat al mijn formulieren waren goedgekeurd er een passend project was gevonden (zie profiel) en dat ik welkom was in Zuid-Amerika!

Dus dat was dat. Dan was er ook nog een stukje medische voorbereiding. Bij verblijf in Zuid-Amerika voor een aantal maanden is het geen overbodige luxe om een consult bij de GGD aan te vragen. Ik kreeg daar advies, een recept voor malariatabletten (ik verblijf niet in malariagebied, maar wel handig om een aantal kuurtjes te hebben voor eventuele uitstapjes naar malariagebied) en een vaccinatie hier en een vaccinatie daar. En als je denkt dat je klaar bent, hoor je dat het misschien toch ook nog verstandig om die ene vaccinatie ook nog te nemen (in dit geval tegen rabies) oja, dat zijn er dan trouwens 3. Dus de GGD heb ik ook bijna wekelijks bezocht. Maar beter voorkomen dan genezen natuurlijk! Daarnaast ook nog bezoekjes gebracht aan de huisarts, tandarts, apotheek, fysio. De medische check kon ook afgestreept worden.

Mijn Spaans wilde ik voor vertrek ook nog een beetje ophalen. Maar uiteindelijk bleek mijn disipline voor zelfstudie toch een beetje ver te zoeken. Gelukkig heb ik wel met Sandra uit Ecuador en oud-cursist van VIV (de vrouwenstudio) een aantal keer kunnen afspreken en oefengesprekken gevoerd. Gezellig en leerzaam!

Voor de rest heb ik ook nog een training gevolgd van Stichting Muses om me voor te bereiden op het vrijwilligerswerk en verblijf voor langere tijd in het buitenland. Zo heb ik nu mijn persoonlijke 112 opgesteld en ben me bewust geworden van normen en waarden, bijvoorbeeld wat betreft opvoeding en educatief gebied, die heel anders kunnen zijn dan in Nederland of Europa.

En dan moesten er natuurlijk ook nog vliegtickets geboekt worden en het verblijf voor de eerste dagen nu hier in Lima. En ik moet natuurlijk ook niet de bezoekjes aan de Etos, Bever, Decathlon enz. vergeten en het kampeerweekend in Zeeland, als goede voorbereiding op het back-to basicgevoel, haha! Hoe concreter alles werd, hoe meer hyper ik werd en ik kriebels in mijn buik kreeg; ready to go!

Cool

Iedereen heel erg bedankt die op welke manier dan ook een bijdrage heeft geleverd aan deze voorbereiding; tips van ervaren reizigers, uitlenen van spulletjes, morele ondersteuning

Wink
een mooi afscheidsfeestje, met thema Nederland en alles in rood, wit, blauw en oranje. Lekkere hutspot en zuurkoolstampot en rookworsten! Muy bien!

En natuurlijk alle leuke berichtjes en reacties die ik heb ontvangen. Daar werd ik heel blij van. Ik vind het leuk dat ik jullie op deze manier op de hoogte kan houden en dat jullie met mij meereizen!

En nu heb ik eigenlijk nog weinig verteld over de vlucht en de eerste indrukken van Lima, haha. Die bewaar ik tot de volgende blog, als ik wat meer van Lima heb gezien, de komende dagen. En ook om te voorkomen dat deze blog gelijk wel heeeeel lang wordt

Wink
Jullie weten nu in ieder geval dat ik veilig ben aangekomen! Hier is het half 10 in de avond en bij jullie 7 uur later, dus alweer bijna tijd om op te staan. Aangezien ik plaatselijke tijd in de ochtend ben aangekomen, heb ik geprobeerd om niet teveel te slapen, zodat ik toch in het goede ritme hier kom. Maar half 10 vind ik nu dus prima om mijn bedje op te zoeken!

Tot de volgende blog!

Liefs Desiree (streepje op de e heb ik nog niet kunnen vinden op dit toetsenbord, haha).

Deze reis is mede mogelijk gemaakt door:

Travel Active